×
Welkom Reisverslagen Reizen Boeken Blog Anders Reizen Contact

Ladakh

Trektocht door de Indiase Himalaya

Reisverslag: Ina Kuipers
Foto's: Herman Hoekstra

Van de chaotische drukte van Delhi langs boeddhistische kloosters de bergen in voor een trektocht door de Himalaya: door ijskoude rivieren, over gladde rotsen, langs een gletsjer en over hoge passen naar het fabelachtig mooie landschap rond het maanmeer. En via de sfeervolle stad Leh weer terug naar Delhi.

Na zeven en een half uur vliegen komen we ‘s nachts aan in een bloedheet New Delhi. Gelukkig hebben we een hotelkamer met airco. Alleen maakt deze een enorme herrie. Door de vermoeienissen van de reis vallen we toch in slaap.

We staan vroeg op om Delhi te gaan ontdekken. We nemen een motorriksja naar Old Delhi. De eerste onderhandelingen over de prijs beginnen. Het lukt ons behoorlijk af te dingen. Dan begint de tocht dwars door Delhi.

Het is een overweldigende ervaring. Onze chauffeur crosst als een bezetene door het razend drukke verkeer. We geven ons maar over, want er is toch niets tegen te doen. Koeien en geiten lopen dwars door het drukke verkeer en worden vakkundig ontweken. Een enorme mensenmassa verplaatst zich in allerlei verschillende vervoermiddelen. Het is snikheet en de smerige zwarte uitlaatgassen prikkelen je neusgaten.

We worden afgezet bij het Rode Fort en dwalen vanaf daar verder. We komen in de smalle steegjes en achterafstraatjes van Old Delhi terecht. Het is echt ongelofelijk om te zien hoe men hier leeft en woont. De bevolking is erg vriendelijk en vindt het leuk om een praatje te maken en op de foto te gaan. We verbazen ons over de elektriciteitskabels. Hoe is het mogelijk dat hier geen kortsluiting ontstaat.

We pakken de nachtbus naar Dharamsala. De rit duurt 14 uur en de bus stopt onderweg vier keer voor eten en sanitaire stops. De chauffeur scheurt behoorlijk hard. Ben je net een beetje weggedommeld, schrik je je vervolgens de pleuris omdat de chauffeur keihard moet remmen. Dit gaat de hele nacht zo’n beetje door. Niet echt bevorderlijk voor je nachtrust.

Het laatste gedeelte van de tocht is bij daglicht en we rijden door een sprookjesachtig landschap. Een kronkelweg door de bergen eindigt voor ons in Mcleod Ganj, een klein dorpje in de buurt van Dharamsala. De Dalai Lama is hier na zijn vlucht uit Tibet gaan wonen. Er wonen hier veel Tibetaanse monniken en het doet dan ook niet echt Indiaas aan, maar meer Tibetaans.

We zitten op het plein voor het klooster, waar monniken aan het oefenen zijn in het debatteren. Het komt op ons over als een wonderlijk geheel.

Tweetallen oefenen en maken een hoop herrie en schreeuwen door elkaar. Ook wordt lichaamstaal gebruikt en de monniken zwaaien hun armen heen en weer en maken diepe passen om hun debat nog overtuigender te laten klinken.

Vandaag gaan we op audiëntie bij de Karmapa. Dit is na de Dalai Lama en de Panchen Lama de belangrijkste persoon in het boeddhisme. Het is een jongen van 15 jaar die in 1999 uit Tibet is gevlucht. We moeten onze paspoorten inleveren en worden gefouilleerd. We hebben als gift wierookstokjes meegebracht. Natuurlijk moeten we onze schoenen uitdoen en de rugzakken achterlaten.

Het is een bijzonder moment wanneer we de ruimte binnen mogen. De Karmapa neemt de witte Tibetaanse sjaaltjes in ontvangst die wij hem geven en doet deze vervolgens met een zegening over onze schouders. We krijgen allemaal een envelop met zijn foto, gelukszaadjes en een rood lint met een gezegende knoop erin. We moeten dit lint drie dagen om onze hals dragen om ons geluk en voorspoed te brengen. Later worden we op straat door monniken aangehouden, die aan het rode lint zien dat we bij de Karmapa zijn geweest.

Ook het Tibetaanse kinderdorp met 3000 (wees)kinderen maakt veel indruk op ons. Vooral de kleintjes tussen de anderhalf en vier jaar hebben erg veel behoefte aan contact. We moeten ze optillen en knuffelen. Menigeen zet het op een brullen als we ze weer neerzetten.

We zijn op weg naar Manali. Twaalf uur met de bus deze keer. Gelukkig wel overdag, zodat we kunnen genieten van het prachtige landschap. We rijden door heuvels en valleien en langs diepe afgronden. De chauffeur houdt weer van scheuren, zodat we de dorpjes in een flits voorbij zien gaan. Het lijkt of iedereen een winkeltje heeft.

 

We komen bij een landverschuiving, waar de bus niet doorheen kan. We moeten uit de bus en met onze bagage een kilometer door de modder ploeteren. Aan de andere kant stappen we in een andere bus van dezelfde maatschappij. Zo worden deze problemen eenvoudig opgelost. Gewoon van bus verwisselen, als deze niet verder kan.

Meteen steil omhoog

Met 2 gidsen, 4 koks en 3 paardenmannen de bergen in

Vanuit Prini, vier kilometer vanaf Manali, beginnen we aan onze negendaagse trektocht door de Himalaya. Als we wakker worden, regent het pijpenstelen maar als de trek begint is het droog. De lucht is wel dreigend en het is zwaarbewolkt.

We starten op 1920 meter en klimmen twee uur achter elkaar alleen maar steil omhoog. We hebben vooraf een half jaar getraind voor deze trekking. Het resultaat is dat we goed mee kunnen komen en het er zonder al teveel spierpijn goed vanaf brengen. Deze eerste dag lopen we ongeveer 5 uren. Halverwege drinken we thee bij de lokale bevolking. De twee kinderen zijn erg blij met de ballon die we ze geven.

Uiteindelijk bereiken we onze overnachtingsplaats op 2610 meter hoogte. De koks hebben al thee gezet en onze verbazing is groot wanneer we zien dat er zelfs stoeltjes en tafels zijn meegebracht.

Ook de eet- en kooktent is al opgezet. We overnachten in lichtgewicht koepeltentjes. Dit alles wordt vervoerd op 15 paarden. Als begeleiders voor een groep van 11 personen hebben we 2 gidsen, 1 chef-kok, 3 hulpkoks en 3 paardenmannen mee.

Er wordt een heerlijke maaltijd voor ons klaargemaakt. Na een dag wandelen hebben we allemaal reuzentrek. Het is pas halfnegen als we moe maar voldaan in onze slaapzakken kruipen.

We worden gewekt met een kop thee en een bakje water om je een beetje te wassen. Daarna een uitgebreid ontbijt met pap, pannenkoeken, eieren en veel thee. Het is belangrijk om op deze hoogte veel te drinken. Dit om hoogteziekte te voorkomen.

Helaas valt er een miezerige regen. De regenjassen moeten dus aan en goed oppassen waar je je voeten neerzet. Met dit weer is het behoorlijk glad en moeten we geconcentreerd lopen.

Ondanks dit ongemak genieten we van de schitterende omgeving. Veel rotsen en berghellingen zijn begroeid met kleurige bloemen.

We moeten vandaag twee rivieren oversteken. Het stroomt behoorlijk en het water is ijs- en ijskoud. Bergschoenen en broek uit en sandalen aan. We houden elkaar vast en trotseren zo de sterke stroming. Na deze eerste oversteek peuzelen we een deel van ons lunchpakket op.

Na ongeveer zes uur lopen langs prachtige rotsformaties en watervallen en nog een oversteek van een bitterkoude rivier komen we aan op de overnachtingsplaats op 3.300 meter hoogte. Gelukkig is het eindelijk droog geworden en kunnen tenten, schoenen, jassen, matjes en slaapzakken drogen.

We stijgen nog ongeveer 100 meter en verblijven een klein uurtje op deze hoogte om daarna weer af te dalen naar het kamp. Dit om hoogteziekte te voorkomen. Altijd lager slapen dan de hoogste top die je die dag hebt bereikt.

Over de 4.270 meter hoge Hampta-pas

Batal bestaat uit twee theehuizen en een kampeerplaats

Het is zes uur in de ochtend als we worden gewekt. Hetzelfde ochtendritueel met thee en water vindt weer plaats. Vandaag een steile klim van zes uren naar de Hampta-pas op 4.270 meter hoogte. De natuur verandert behoorlijk. Het groen verdwijnt. We raken boven de boomgrens en zien alleen nog maar rotsen.

Op de Hamta-pas trekt de hemel even open, de zon schijnt fel en we hebben een adembenemend uitzicht op de besneeuwde bergtoppen. Na de pas moeten we nog twee uur dalen naar onze kampsite op 3.950 meter hoogte. Die ligt in een soort toendraveld omringd door hoge bergen. Er stroomt een riviertje langs waar we ons kunnen wassen. Het water is weer ijskoud. Brrrrrrr.

Een makkelijke dag vandaag voor de conditie. Het komt wel op de knieën aan, want we dalen alleen maar. We lopen in totaal vier uren achter elkaar. We hoeven gelukkig geen rivier over te steken vandaag, want een aantal wetenschappers dat hier bivakkeert en de gletsjer bestudeert, heeft een provisorische brug gemaakt van vier palen naast elkaar. Als je je evenwicht goed weet te houden is het geen probleem. Het water stroomt heftig, dus voetje voor voetje schuifelen we naar de andere kant en zorgen ervoor niet in het water te vallen.

 

Eindelijk zon. We nemen cola bij een theehuis en wachten op de bus. Deze brengt ons naar Batal, onze volgende overnachtingsplaats. Batal ligt op 4.025 meter hoogte en bestaat uit twee theehuizen en een kampeerplaats. Helaas is er geen stromend water van een riviertje. Dit is door de lange droogte opgedroogd. We kunnen het stof dus niet van ons afspoelen, maar zijn allang blij dat het eindelijk droog is.

‘s Nachts begint het ontzettend hard te waaien en af en toe denken we dat de tent de lucht in zal vliegen. Storm en blaffende honden houden ons lang uit de slaap.

Alle lucht wordt uit je longen geperst

Het landschap is fabelachtig mooi, hier doe je het dus voor

We lopen vandaag in ongeveer zes uur naar het maanmeer op 4.270 meter hoogte. Het begin is redelijk vlak met een lichte stijging en goed te doen. Na vier uren volgt er een enorm steile klim.

Dit is een zeer heftig stuk en alle lucht wordt uit je longen geperst. We zitten allemaal even kapot en snakken naar adem. Toch geeft het een kick als je het gehaald hebt. We zien edelweiss groeien op de berghellingen.

Het landschap is fabelachtig mooi en onze adem stokt als we het maanmeer zien liggen. Hier doe je het dus voor. Op deze prachtige plek hebben we een dag rust om even bij te komen van de afgelopen dagen en krachten op te doen voor de volgende zware dag.

Vandaag is het een rustdag. We worden niet gewekt met thee en mogen uitslapen. Om acht uur rollen we uit de slaapzakken en negen uur ontbijten. Daarna luieren en lezen we wat. We doen de was in het maanmeer met biologisch afbreekbare zeep. En wassen ook onszelf en onze haren. Een heerlijk fris gevoel. Al is het afzien in het ijskoude water.

De koks maken een voortreffelijke maaltijd klaar. Soep, gekruide aardappelen, tonijnsalade, mangosalade, bruine bonen, chapati’s (een Indiaas broodpannenkoekje) en warme vruchtensalade na.

Zo gaat het iedere dag en we verbazen ons er over wat de koks weten te maken in zeer primitieve omstandigheden.

Het eten wordt in snelkook pannen klaar gemaakt, omdat het op deze hoogte langer duurt voordat iets kookt.

Acht en een half uur wandelen

De meesten hebben door de hoogte last van hoofdpijn

Het wordt een zware en slopende dag vandaag. Acht en een half uur wandelen. Het eerste stuk is vrij vlak en we hebben een prachtig uitzicht. We kunnen genieten en praten met elkaar. Maar dat verandert snel. We moeten steil omhoog over een pad vol keien en stenen. Goed opletten waar je je voeten neerzet.

De eerste uren zijn het zwaarst. We moeten weer in het ritme komen. De meesten in de groep hebben door de hoogte last van hoofdpijn. We lopen gemiddeld boven de 4300 meter. Af en toe wordt er gestopt om de groep weer compleet te krijgen en iets te eten. We gaan berg op en berg af en moeten langs zeer steile hellingen lopen. De lengte en de hoogte maken het een extra zware dag, maar we hebben het weer gehaald. Voldaan storten we ons op de thee en zoute koekjes. We overnachten op 4.345 meter hoogte.

Gisteren was het niet mogelijk de rivier Topko Gongma over te steken omdat het in de namiddag te gevaarlijk is. Het water staat dan te hoog en stroomt te snel. Daarom vroeg op vanmorgen om de oversteek te maken.

‘s Ochtends staat het water altijd lager, omdat er ‘s nachts minder smeltwater van de bergen komt. Na enige tijd zoeken vindt onze gids een geschikte plek. Er wordt een touw van de een naar de ander kant gegooid. Het is best eng, want het water stroomt nog behoorlijk heftig. Het is spannend of iedereen het zonder nat pak haalt. Gelukkig wel. Onze tenen tintelen van de kou.

We lopen verder over morenen en grote keien. De zon schijnt fel en de lucht kleurt helderblauw. Met factor 30 smeren we ons in, want op deze hoogte gaat verbranden extra snel. Na ruim zeven uur lopen bereiken we onze kampplaats op 4.660 meter hoogte.

De laatste dag is erg zwaar, want we lopen gemiddeld boven de 4.900 meter. We beginnen weer met de oversteek van een rivier. Het is moeilijk om een geschikte plek te vinden. Uiteindelijk lukt het toch, maar we moeten in totaal drie keer door het water. Het is niet te beschrijven hoe koud dit voor je voeten is. Daarna meteen een steile helling op. We lopen uren over een soort hoogvlakte op 5.000 meter op weg naar de Baralacha-pas. Het waait hard en het is behoorlijk koud.

Helaas is het laatste stuk van de trekking minder mooi. Het eindigt op een weg waar we nog vijf kilometer over moeten lopen. Veel vrachtwagens van het leger en enorme stofwolken. Ook komen we wegwerkers tegen, die de weg aan het teren zijn. Het is een onbeschrijflijk tafereel. Vaten met teer worden verwarmd met vuur. Daarna wordt de kokende teer vermengd met stenen en vervolgens over de weg verspreid.

De mannen zien pikzwart van de rook. Vrouwen maken de weg met een borstel vlak. Het is afschuwelijk om aan te zien. Ik vraag me af hoe oud deze mensen worden onder zulke barre omstandigheden.

Het is de laatste avond met de begeleidingsgroep. We hebben over elke begeleider een paar zinnen geschreven en geven geld en drank. Dat slaat aan. Met z’n allen op een kluitje in de kooktent. Bij toerbeurt zingen we voor elkaar. Dit is dikke pret en erg gezellig. Het is al tien uur, wanneer we in de slaapzakken rollen. Laat voor ons doen, normaal gaan we rond halfnegen op bed.

Een weekje Leh

Bazaars, Tibetaanse markten, kloosters en een Japanse stupa

We hebben een busrit van 14 uur naar Leh voor de boeg. Nu kunnen we pas echt genieten van het landschap, want we hoeven niet op te letten waar we onze voeten plaatsen. Het is onvoorstelbaar hoeveel verschillende rotsformaties er zijn.

We gaan over de hoogste pas, de Taglang La op 5.328 meter hoogte. Daarna dalen we in snel tempo af en komen weer in de bewoonde wereld terecht. Helaas is het de laatste drie uren van de rit te donker om goed iets te kunnen zien. We rijden dan door pittoreske Tibetaans lijkende dorpjes met veel stupa’s en gebedsvlaggetjes.

 

Het is al laat als we in Leh aankomen. Gelukkig kan er met het eten nog iets geregeld worden. Eindelijk weer een douche en slapen in een echt bed. Wat een luxe.

We blijven een week in Leh. De eerste twee dagen doen we rustig aan. Beetje slenteren door het leuke plaatsje met zijn vele souvenirwinkeltjes, bazaars en Tibetaanse markten. Na twee dagen zijn we uitgerust en kunnen we wel weer wat ondernemen.

We bezoeken en aantal mooie kloosters, waaronder het Hemisklooster, Tikse, Alchi, Shey Palace, Stakna en Matho. De monniken zijn erg vriendelijk en open. We maken zelfs een gebedsdienst mee in Stakna. Erg indrukwekkend.

In Leh zelf is ook genoeg te beleven. De Japanse stupa is erg mooi en biedt een prachtig uitzicht op Leh. We moeten 600 treden lopen voordat we boven zijn. Ook het bezoek aan het klooster op Tsemo Hill is de moeite waard. Hier ook weer een pittige steile klim naar boven. Het hangt er vol met Tibetaanse gebedsvlaggetjes.

De zeven dagen vliegen om en voordat we het in de gaten hebben, vertrekken we naar Manali. We moeten weer de hoge pas Taglang La over. Omdat we nu aan de hoogte zijn gewend heeft niemand last van hoogteziekte. In Pang, een Tibetaans nomadendorpje met alleen maar eettentjes, gebruiken we de lunch. Heerlijke pittige noedelsoep met chapati. We zijn vroeg in Sachu, waar we nogmaals in tenten overnachten.

We staan om halfvijf op en ondergaan weer een busrit van tien en een half uur. Omdat het landschap zo mooi is vliegt de tijd voorbij. In Manali is voor ons een lopend buffet en een lokale dansgroep met muziek geregeld in de tuin van het hotel.

Er wordt uitbundig gedanst en gegeten. Na twee lange reisdagen duiken we vermoeid in onze bedden.

Vandaag gaan we naar Vashit, een klein dorpje met heetwaterbronnen op 4 kilometer afstand van Manali. De privé-baden zijn gesloten omdat er te weinig water is, maar de openbare baden zijn wel open. Het water oogt niet schoon. Er drijven zeepresten en haren in. Bovendien is het water zo ontzettend heet, dat een teen en enkel in het water voor ons voldoende is.

We gaan wel baden onder de kranen met stromend warm water. Mannen en vrouwen moeten gescheiden baden en er wordt verwacht dat je een badpak of broekje draagt. We knappen er heerlijk van op. Het hete water is goed voor onze spieren.

Terug naar Delhi

We hebben het er levend afgebracht, ondanks de chauffeur

We nemen om vier uur in de middag de nachtbus naar Delhi. Dit is een afschuwelijke ervaring. De chauffeur rijdt zo ontzettend hard dat je het gevoel hebt ieder moment uit de bocht te kunnen vliegen. Bovendien moet hij af en toe keihard in de remmen.

We geven ons voor de zoveelste keer over en hopen dat we zonder ongelukken aankomen. Slapen lukt niet. Het is ontzettend druk op de weg met erg veel vrachtverkeer. Er wordt constant ingehaald. Ook voor bochten waar je totaal geen overzicht hebt. De volgende ochtend om acht uur komen we in het bloedhete Delhi aan. We hebben het er levend afgebracht.

In Delhi besluiten we naar de Lotustempel en een moslimwijk te gaan. De Sikh-chauffeur van een motorriksja neemt ons vervolgens mee naar een Sikhtempel. Voordat we de tempel in mogen, moeten we een hoofddoekje om.

Er zitten honderden mensen op de grond te eten. Dit eten wordt door een deel van de bevolking klaargemaakt. Het maakt niet uit wat voor geloof je hebt en of je arm of rijk bent. Iedereen is welkom en mag mee eten. Zo gaat het iedere dag. Je hoeft er niet voor te betalen. De onkosten worden betaald door middel van donaties en giften.

In de tempel is verder heilig water en heilig zwemwater aanwezig. Ook zijn er heilige mannen die uit een boek gebeden opzeggen. We zijn er even stil van.

Na deze indrukwekkende bezichtiging worden we teruggebracht naar ons hotel. We gaan voor de laatste keer met elkaar uit eten en zullen het Indiase eten nog missen. De volgende morgen vertrekken we zeer vroeg naar het vliegveld waar we helaas aan onze terugreis naar Nederland beginnen.

Zelf een reisverslag schrijven

De honderden reisverslagen op deze site zijn allemaal geschreven door reizigers zoals jij en ik. Ook jouw verslagen zijn welkom: over nieuwe bestemmingen, maar ook over bestemmingen waarover al verslagen op de site staan. We mailen je graag onze uitgebreide tips en aanwijzingen voor het schrijven en aanleveren van een reisverslag.
Ik wil zelf schrijven!
Banner - Stem & Win