×
Welkom Reisverslagen Reizen Boeken Blog Anders Reizen Contact

Aruba, One Happy Island

Zon, witte zandstranden, lichtblauwe zee

Reisverslag: Angélique Woudenberg
Foto's: Angélique Woudenberg

Witte zandstranden, een lichtblauwe zee en zon biedt Aruba in overvloed. Maar er is ook het een en ander te zien op het eiland: witgebiesde Hollandse gevels in pastelkleuren, een oude Friese molen, een vuurtoren, veel cactussen, zandduinen, een woeste oostkust en het Nationaal Park Arikok, dat een vijfde van het eiland beslaat. En carnaval op Aruba is niet te vergelijken met dat in Nederland.

Als ik aan Aruba denk, dan denk ik aan zon, witte zandstranden, lichtblauwe zee en veel toeristen. Dat er nog meer valt te zien en te beleven, dat ontdekten we tijdens onze negendaagse reis op Aruba.

Ondanks dat het eiland maar 31 km lang en maximaal 9 km breed is, hebben we verschillende ‘gezichten’ van Aruba gezien tijdens onze tour van noordwest naar zuidoost. En de Arubanen houden van carnaval.

Bon Bini Aruba

Het 'roze suikerpaleis' wacht op de cruisepassagiers

Na ruim negen uur vliegen landen we op Aruba, één van de drie benedenwindse eilanden van de Nederlandse Antillen. Na het verlaten van de aankomsthal worden we verwelkomd door een hete zon en een harde noordoost passaatwind. Bon Bini.

Onze transfer vanaf de luchthaven Reina Beatrix naar Palm Beach duurt ongeveer 25 minuten. We rijden via de hoofdstad Oranjestad, Eagle Beach en Manchebo Beach naar onze accommodatie aan Palm Beach.

We hebben nog een hele middag door het tijdsverschil van vijf uur vroeger en gaan lekker aan het zwembad zitten.

‘s Avonds nemen we de Arubus naar de hoofdstad Oranjestad, een rit naar het busstation van ongeveer 10 minuten.

Direct achter het busstation en tegenover de cruiseterminal staat de Royal Plaza Mall die we de rest van de week het ‘roze suikerpaleis’ noemen. Het is een groot kitscherig gebouw in zachtroze met veel winkels en juweliers die vooral gericht zijn op cruisepassagiers.

We zitten midden in het cruiseseizoen en drie keer per week meren één of meer cruiseschepen aan in de port of call die we deze week zullen zien.

Het wordt vroeg donker en het wordt steeds drukker op deze zaterdagavond.

De grote carnavalsoptocht

Uitbundig dansen en springen op ritmische live-muziek

Vanaf eind januari viert men al carnaval, maar vandaag is dé grote parade, de ‘Gran Marcha’ genoemd. De stoet begint om 11 uur bij het stadion en zal tegen 13 uur in Oranjestad aankomen.

We zorgen dat we al tegen 12 uur in de hoofdstad zijn voor een plekje in de drukte. Dat we nog 1,5 uur moeten wachten in de verzengende hitte en tot 18.45 uur moeten staan, hadden we niet echt verwacht.

Eindelijk horen we in de verte opzwepende muziek en de stoet laat niet lang op zich wachten. De menigte, ook wij, lijken net kleine kinderen die met smart staan te wachten op de parade waar men lang naar heeft uitgekeken, maar het resultaat mag er dan ook zijn.

De stoet bestaat uit diverse groepen en alle deelnemers dragen mooie kostuums al dan niet met veren in de kleuren knalgeel, hardroze en nog meer harde, vrolijke kleuren. Sommige kostuums hebben meer dan 5000 dollar gekost. Althans, dat horen we.

De mensen dansen en springen uitbundig op de ritmische live-muziek. Tja, dat is even wat anders dan het carnaval in Nederland. Het carnaval op Aruba is dan ook een echt volksfeest. Een optocht die je echt niet mag en kan missen als je op Aruba bent.

Net voor zonsondergang eindigt de stoet en we hebben genoten. Volgens ons staat heel Aruba in Oranjestad (vergelijk het met Koninginnedag in Amsterdam) en we besluiten om niet langer te blijven en nemen de bus naar het hotel.

De volgende dag merken we de vermoeidheid in onze benen van het staan en we gaan deze dag heerlijk aan het strand zitten om bij te komen.

Eilandtour

De Olde Molen, California Lighthouse en -zandduinen

Om een eilandtour te maken hebben we de keuze uit mountainbiken, paardrijden, jeep safari tours of touringcar.

We kunnen natuurlijk ook een auto huren, maar omdat de wegen voornamelijk in het westelijk deel verhard zijn en in het binnenland doorgaans niet verhard, zouden we een 4WD moeten huren.

En mochten we dan een lekke band krijgen in de ‘kunuku’ (= binnenland), dan kunnen we die helaas niet zelf verwisselen. Dus deze optie vervalt.

Een andere reden dat we liever in een dichte aircobus zitten is dat de zon tijdens de carnavalsoptocht zijn werk heeft gedaan. We willen niet nog meer verbranden.

Onze Engelssprekende gids brengt ons, samen met een aantal Amerikanen, vanaf de Olde Molen via de dure villawijken Malmok en Arashi Beach naar het uiterste noordwesten van Aruba.

De Olde Molen komt oorspronkelijk uit Friesland en stamt uit de 19e eeuw. Rondom 1960 is hij naar Aruba overgebracht en is in de loop der jaren een museum en restaurant geweest. Op dit moment wordt hij gerestaureerd en kunnen we helaas niet binnen kijken.

Onderweg vertelt de gids dat Aruba verschillende stranden heeft en dat deze voor iedereen toegankelijk zijn. Privé-stranden bestaan dus niet meer. Je kunt alleen niet overal zwemmen. De witte zandstranden aan de westkust zijn rustig en hebben helderblauw zeewater. Maar aan de oostkust is het zeewater donkerblauw en wild. De stranden aan de oostkust hebben veel vulkanische rotsblokken. De gids zegt: daar niet zwemmen of duiken.

In Eagle Beach en Manchebo Beach aan de westkust kun je helaas niet overal zwemmen vanwege de gevaarlijke onderstroom, maar de stranden zijn wel heel mooi.

Voordat we de vuurtoren kunnen bekijken, rijden we door het villadorp Malmok waar de vraagprijs voor een huis al dan niet met zwembad vanaf $350.000 is.

De gids vertelt dat de huizen richting de zee duurder zijn dan in het binnenland en dat iedereen een huis kan kopen op Aruba, mochten we nog belangstelling hebben.

Het gemiddelde inkomen op Aruba is ongeveer $14.000. Wat we ook verassend vinden is dat de palmbomen op Aruba geïmporteerd zijn. Althans, dat zegt de gids.

Bij de California Lighthouse (vuurtoren) hebben we een mooi uitzicht over het strand van Palm Beach, het aangelegde golfterrein Tierra del Sol, de zandduinen achter de vuurtoren en daarachter de woeste oostkust. We worden ook even vergezeld door wilde cabrito’s (geiten).

We zien ook heel duidelijk dat Aruba niet vlak maar heuvelachtig is. Zo zien we in de verte een hoge berg, de Seroe Plat. Onderweg zullen we diverse heuvels en bergen zien, zoals de Hooiberg en de Jamanota.

De vuurtoren is gebouwd tussen 1914 en 1916 en daarachter staat het voormalig huis van de vuurtorenwachter dat nu dienst doet als restaurant. De zandduinen achter de vuurtoren staan in schril contrast met het omringende dorre landschap.

We rijden door via het aangelegde golfterrein ‘Tierra del Sol’. De gids vertelt dat het golfterrein is ontworpen door een Amerikaan en dat het een duur project is, omdat het terrein veel water nodig heeft. Het regenseizoen is van oktober tot en met maart en de rest van het jaar is het droog.

Kapel Alto Vista

Je zou Aruba ook het cactuseiland kunnen noemen

We vervolgen onze route langs de wilde oostkust naar het kerkje Alto Vista. De bijnaam van Aruba is ‘One Happy Island’, maar je zou het ook het cactuseiland kunnen noemen wegens de vele cactussen.

Onderweg zien we honderden cactussen. De gids vertelt dat cactussen 150 jaar kunnen leven met heel weinig water. En, vertelt hij, wist je dat niet alleen computers virussen kunnen hebben, maar cactussen ook?

We vragen ons af wat hij bedoelt. Hij laat ons een voorbeeld zien van een cactus met een niet-dodelijk virus. Je kunt het herkennen aan de afwijkende kleur. De cactus die wij zien heeft een rode kleur. De gids maakt nog wat droge grapjes over cactussen; ‘Wist je dat je op Aruba ook cactussoep kunt drinken? Waar zou het naar smaken?’

En nog een praktische tip voor als je op Aruba wilt gaan parachutespringen: de kans is groot dat je terecht komt op de stekels van een cactus.

Onderweg naar het rooms-katholieke kerkje Alto Vista, zien we veel witte kruizen langs de kant van de weg. Zij wijzen als het ware de weg naar de kapel. Op Aruba zien we trouwens heel veel rooms-katholieke en baptistenkerken. Dat komt door de invloed van Latijns-Amerika.

De omgeving van de kapel is wederom droog en dor, terwijl het toch groener is nu we in het regenseizoen zitten.

Het kerkje is helaas niet de originele uit de 18e eeuw, maar één uit 1952. Er zijn geen diensten meer en het fungeert in oktober als een soort bedevaartplaats voor gelovigen. In het kerkje staan bankjes, een beeld van Maria tegen een lichtblauwe wand, rode en roze bloemstukken en je kunt een kaarsje branden.

Woeste oostkust

Ruïnes goudmijn Bushiribana en The Natural Bridge

Het wordt steeds heter en heter en de gids vertelt dat er vier seizoenen zijn op Aruba. Oh? Ja, zomer, zomer, zomer en zomer.

We vervolgen onze route langs de woeste oostkust naar dè attractie op Aruba, ‘The Natural Bridge’.

Goudwinning was lange tijd een belangrijke inkomstenbron op Aruba. We zien de ruïnes van de goudsmelterij Bushiribana, maar stappen niet uit omdat er weinig te zien valt.

Aan de Andicuribaai kunnen we twee natuurlijke bruggen bewonderen die zijn ontstaan door wind- en watererosie. Je kunt over de 30 meter lange brug lopen, maar het waait er op dit moment zo hard dat weinig mensen de oversteek maken. De noordoostelijke passaatwind waait vooral in de maanden februari tot en met april erg hard.

Er is ook een klein strandje waar je kunt zonnen, maar niet kunt zwemmen. In de omgeving van de natuurlijke brug zien we verder een droge, kale vlakte, een restaurant en een souvenirwinkel.

Nationaal Park Arikok

De bomen groeien met de constante passaatwind mee

We rijden via de Hooiberg en de plaats Santa Cruz naar het Nationaal Park Arikok, dat genoemd is naar de voormalige plantage-eigenaar Arie Kock.

De Hooiberg is 165 meter hoog en als je van een mooi uitzicht over Aruba wilt genieten, dan moet je 592 steile trappen beklimmen.

De plaats Santa Cruz is, naast Savaneta en San Nicolas, één van de grote plaatsen op Aruba en is genoemd naar een Spanjaard die het eerste heilige kruis op Aruba heeft geplaatst.

De gids vertelt ons over de illegale immigratie op het eiland. Zo komen er veel mensen uit Zuid-Amerika, vooral Venezuela en Colombia, om werk te zoeken in het toerisme. De meeste illegalen maken de oversteek vanaf Venezuela omdat de afstand van Venezuela naar Aruba maar 20 km is.

Er wonen ongeveer 42 nationaliteiten op Aruba en als de lokale bevolking vluchtelingen probeert te helpen, dan worden zij met naam, toenaam en foto in de krant te schande gezet.

Via een bochtige, onverharde weg rijden we het Nationaal Park Arikok binnen. We zien een droog, dor, heuvelachtig gebied met veel cactussen, wilde cabrito’s (geiten) en de meest gefotografeerde boom, de Divi Divi .

Door de constant waaiende noordoostelijke passaatwind groeien de bomen met de wind mee. Nog een praktische tip van de gids: als je net van de kapper komt, verlaat de winkel dan via de achterdeur, als je geen Divi Divi kapsel wilt. Anders ziet niemand dat je net van de kapper komt.

In het Nationaal Park leven voornamelijk wilde geiten, leguanen, hagedissen, schorpioenen en giftige ratelslangen, cascabel geheten.

Het Nationaal Park beslaat ongeveer 20 procent van Aruba en veel delen zijn privé-bezit van landeigenaren.

We rijden langs de witte zandduinen van Boca Prins naar de volgende bezienswaardigheid, de Grot Fontein. Deze grot is genoemd naar de grootste zoetwaterbron in het Nationaal Park Arikok.

We verwachten heel wat van de rotstekeningen die gemaakt zijn door de Arawak Indianen. Maar helaas is het zo donker in de grot dat we niets kunnen zien.

Bij de ingang zien we wel mooie druipsteenformaties (kalksteen) en kunnen we de cascabel, de giftige ratelslang, in een bakje bekijken. We hadden naar ons idee beter een andere grot zoals de Guadirikiri kunnen bezichtigen. Misschien dat de rotstekeningen daar wel te zien waren. Helaas.

Tijd voor ontspanning. We worden naar Baby Beach bij de plaats Seroe Colorado in het zuidoosten van Aruba gebracht om drie kwartier te kunnen zwemmen en snorkelen.

Seroe Colorado was vroeger een villadorp waar voornamelijk Amerikanen woonden die voor de olieraffinaderij Esso werkten. Het dorp had een eigen Amerikaanse school, winkels en een eigen strand, Baby Beach en Rodgers Beach. Sinds de sluiting van de raffinaderij is Seroe Colorado weer openbaar en ook het strand is nu voor iedereen toegankelijk.

Baby Beach is een mooi wit zandstrand en heeft helderblauw zeewater dat vrij ondiep is. Op de achtergrond zien we de raffinaderijen die sinds kort weer in gebruik zijn en in de directe omgeving valt er niet veel te zien en te beleven.

Via de plaatsen San Nicolas, Savaneta, de fabriek van Balashi Beer (hèt bier op Aruba) en Oranjestad rijden we naar ons hotel aan Palm Beach.

‘s Avonds willen we het Bon Bini Festival bezoeken dat elke dinsdagavond op het plein achter Fort Zoutman wordt gegeven. Maar omdat vanavond de afscheidsparade van het carnaval en de verbranding van de pop Momo is, gaat dat helaas niet door.

Wel kunnen we nog een keer genieten van de afscheidsparade van het carnaval. Er zijn nu niet veel deelnemers, maar meer praalwagens met muziek die richting het hoofdpostkantoor rijden voor de verbranding van Momo om middernacht, de start van Aswoensdag.

Oranjestad

Hollandse gevels in pastelkleuren

We nemen direct na het ontbijt de Arubus (lijndienstbus) naar de hoofdstad Oranjestad (genoemd naar het Huis van Oranje) voor een stadswandeling.

Vanaf het busstation lopen we via het muntenmuseum Numismatico direct door naar Mainstreet. Er zijn vandaag maar liefst vier cruiseschepen aangemeerd en er lopen veel passagiers rond.

In de hoofdstraat, Caya Betico Croes, ook wel Mainstreet genoemd, zien we voornamelijk souvenirwinkeltjes en juweliers gericht op toeristen en cruisepassagiers. In de winkels kunnen we helaas niet afdingen, zoals we de laatste jaren gewend zijn.

In de Royal Plaza Mall (kitscherig zachtroze gebouw) zijn veel eetzaakjes en (souvenir)winkels en nog iets verder ligt het plein Daniël Leo waar we Hollandse gevels in pastelkleuren kunnen bewonderen. Deze panden zijn allemaal nagebouwd en zijn niet van historische waarde. Maar het ziet er verzorgd uit en de pastelkleuren geven iets speciaals aan de panden. Ook de straten zijn hier erg schoon.

In de winkels kunnen we alleen met dollars betalen of met de Arubaanse florijn, de lokale munteenheid. Sinds de Status Aparte van Aruba in 1986 wordt de Antilliaanse gulden hier niet meer geaccepteerd.

Bij het betalen in dollars proberen ze ons telkens als wisselgeld Arubaanse guldens te geven, maar dat accepteren we niet en eisen wisselgeld in dollars. We wisselen onze euro’s trouwens elke keer om in het casino, want daar krijg je meer dollars dan in Nederland en we betalen er niets extra’s voor.

De Status Aparte houdt in dat Aruba los staat van de rest van de Nederlandse Antillen (Curaçao, Bonaire, St. Maarten, St. Eustatius en Saba), maar de ministeries van Defensie en Buitenlandse Zaken zijn nog steeds in Nederlandse handen. De Koninklijke Marine heeft een basis in de plaats Savaneta.

Wat opvalt, is dat de meeste inwoners en winkelmedewerkers meer Engels en Papiamento praten dan Nederlands. Papiamento is een mix van Spaans, Nederlands, Engels en Portugees en wordt alleen op de benedenwindse eilanden gesproken. De Arubanen leren Nederlands, Engels en Spaans op school en praten thuis Papiamento. Deze taal is ook de officiële landstaal op Aruba.

Veel gebouwen rond de hoofdstraat worden of zijn reeds opgeknapt. Een kenmerk is dat ze bijna allemaal spierwitte randen hebben en verder in pastelkleuren of harde kleuren zijn geschilderd. Zo is het bijgebouw van het gemeentehuis waar de afdeling Burgerlijke Zaken gehuisvest is steenrood.

We zien ook dat veel zijstraten een Hollandse naam hebben zoals de Schoolstraat en de Kleistraat.

Via Fort Zoutman en het Wilhelminapark komen we bij de Seaport Marketplace. Het is een winkelcentrum, wederom in pastelkleuren, waar een casino, souvenirwinkels en diverse eetzaakjes, zoals een Hollands Pannenkoekenhuis en een Italiaanse pizzeria, zijn gevestigd.

We lopen over de boulevard langs de jachthaven en hebben een mooi uitzicht over de cruiseterminal waar vier cruiseschepen zijn aangemeerd. De kentekenplaten op de auto’s hebben allemaal de slogan ‘Aruba, One Happy Island’.

Het uitgaansleven concentreert zich voornamelijk in het weekend in Oranjestad en omgeving. De locals weten precies waar je het beste heen kunt gaan. De meeste toeristen blijven in de malls (winkelcentra) of in de vele casino’s hangen of zijn gebonden aan het hotelentertainment en zo zie je natuurlijk niets.

‘s Avonds bezoeken we een carnavalshow in het Chrystal Theater in Oranjestad. We kunnen er maar geen genoeg van krijgen.

Palm Beach

Genieten van het strand en het zwembad

De rest van de week besluiten we om te genieten van het strand en het zwembad. Een weekje is eigenlijk veel te kort voor zo’n verre reis. Maar we hebben genoten en komen zeker nog een keer terug.

Terug in Nederland worden we onderworpen aan een 100% security controle op Schiphol en het koude weer bezorgt ons een kater.

Zelf een reisverslag schrijven

De honderden reisverslagen op deze site zijn allemaal geschreven door reizigers zoals jij en ik. Ook jouw verslagen zijn welkom: over nieuwe bestemmingen, maar ook over bestemmingen waarover al verslagen op de site staan. We mailen je graag onze uitgebreide tips en aanwijzingen voor het schrijven en aanleveren van een reisverslag.
Ik wil zelf schrijven!
Banner Stem & Win