×
Welkom Reisverslagen Reizen Boeken Blog Anders Reizen Contact

Kleurrijk Ecuador

Natuur en cultuur rond het Andesgebergte

Reisverslag: Ina Kuipers
Foto's: Ina Kuipers

Ecuador wordt gedomineerd door het Andesgebergte, met zijn vulkanen en besneeuwde toppen. Maar het land kent een grote variatie aan landschappen, waaronder de jungle rond de Amazone en bounty-stranden. Daartussen liggen koloniale stadjes met fraaie kathedralen en indianendorpen met bonte markten.

Op het vliegveld van Guayaquil maken we (na veertien uren vliegen met een tussenlanding op Curaçao) kennis met onze reisleidster. We gaan drie weken door Ecuador reizen met een groep van 9 vrouwen en 5 mannen. Op deze manier kunnen we in een vrij korte periode veel zien, zonder dat er tijd verloren gaat met het regelen van vervoer en hotels.

Nadat we ons in het hotel hebben opgefrist maken we een stadswandeling door Guayaquil. In een stadspark zien we de beroemde landleguanen.

Ze hangen roerloos tussen het bladerdek van bomen en hebben een goede schutkleur. Ze zien eruit als gevaarlijke prehistorische beesten, maar ze doen gelukkig niets.

Onze eerste taxirit in Ecuador zullen we niet snel vergeten. Auto’s die bij ons allang op de schroothoop liggen doen het hier nog goed als taxi. Ramen ontbreken, deuren sluiten niet goed en door de gaten in de vloer kun je het wegdek zien. Onze chauffeur zit op een soort campingstoel en scheurt door de stad, waarbij hij bijna een poltieagent omver rijdt. Dit levert hem een bekeuring op van 27.000 sucres, een dagloon in Ecuador. Wij geven hem maar een fiske fooi.

In een krottenwijk met allerlei winkeltjes en marktkraampjes worden we bekeken alsof we van een vreemde planeet komen. Terug in ons hotel zijn we van de eerste cultuurschokken bekomen. We zijn in Ecuador.

Ingapirca

Tempel-ruïne op 3500 meter hoogte

Onderweg naar de Ingapirca, een oude Inca-ruïne, passeren we krakkemikkige hutjes op bamboepalen, het is niet voor te stellen dat hier mensen in wonen. De daken zijn van bananenbladeren en ramen en deuren zijn niet aanwezig.

Langs de weg staan allerlei fruit- en groentenkraampjes met veel soorten exotische vruchten. De hele familie zit voor en in de kraampjes de handelswaar te verkopen. De melk uit een kokosnoot is heerlijk. De noot wordt voor je ogen voorzien van een gat, een rietje erin en heerlijk slurpen. Verser kan het niet.

Na een indrukwekkende bustocht van een paar uur komen we aan bij de ruïne. We worden rondgeleid door een engelssprekende gids. Met veel moeite kunnen we hem volgen, want hij heeft een behoorlijk accent. Ingapirca betekent ‘de muren van de Inca’. De ovaalvormige tempel is op 3500 meter hoogte gebouwd en is deels gerestaureerd. Er is weinig bekend over de ware betekenis van de gebouwen.

Via een smal pad lopen we door naar een door een rots gevormd gezicht, El Cara del Inca (het hoofd van de Inca). Het is nog steeds niet duidelijk of dit gezicht toevallig door de natuur is ontstaan of dat het is uitgehakt in de rotsen. Maar de gelaatstrekken zijn zeer duidelijk aanwezig.

 

Cajas

Een natuurpark met 200 meren

We maken een schitterende tocht naar de Cajas, een natuurpark met 200 meren. Helaas is het weer zeer slecht, het regent. We klimmen en klauteren over rotspartijen en boomstronken.

Door dicht struikgewas volgen we onze Ecuadoriaanse gids Luis, die wel goed Engels spreekt. Hij heeft een enorme conditie en we kunnen hem amper bijhouden.

We springen van de ene op de andere rots en via smalle bergpaadjes leidt hij ons naar de mooiste vergezichten. Ondanks de zware regenval is het adembenemend mooi. Langzamerhand worden we doornat, onze bergschoenen blijken ook niet waterdicht en we hebben steenkoude voeten. In de bus terug slaat de damp van onze kletsnatte kleding.

In het restaurant is het dringen voor het kleine kacheltje, langzamerhand worden we weer een beetje warm. De maaltijd die we krijgen maakt alles weer goed. Ondanks de ontberingen, de regen, de koude, de natte sokken en schoenen, de spierpijn van het klimmen, was het een belevenis die we niet graag hadden willen missen.

Terug in Cuenca kopen we meteen een lekkere warme wollen trui. Als we uit ons hotelraam kijken zien we een oud vrouwtje bedelend op de stoep zitten. Het is schrijnend om te zien, wij met al die luxe en een paar meter van je hotel pure armoede.

Riobamba

De trein rijdt zigzaggend omhoog

Vandaag maken we een treinreis van Huigra naar Riobamba. De trein heeft twee-en-half uur vertraging omdat er onderweg een brug is beschadigd. We klimmen op het dak van de trein en langzaam zet deze zich in beweging.

Met een gangetje van zo’n 40 kilometer per uur gaat de trein omhoog. Het stijgingspercentage van de berg waar we tegenop moeten is 5,5. De trein rijdt voor- en achteruit zigzaggend omhoog. De conducteur komt op het dak van de trein de kaartjes knippen. Reizen op het dak is hier heel normaal maar wij kijken onze ogen uit.

De vegetatie onderweg is prachtig. We komen langs koffiestruiken, cacaobomen, bananenbomen en allerlei andere gewassen. Het lijkt wel een tropisch landschap. Onderweg hebben we een aantal keren oponthoud omdat er een aardverschuiving is geweest. Tientallen mannen springen dan uit de trein en maken met schoppen de rails vrij.

Als we uiteindelijk een hoogvlakte bereiken gaat net de zon prachtig oranje gekleurd onder. Het is niet te beschrijven zo mooi. Als de zon onder is wordt het te koud op het dak. Tijdens een tussenstop in een dorpje besluiten we om maar binnen in een wagon te gaan zitten. Het is er pikkedonker, er is geen licht. Iedereen zit dicht op elkaar gepakt en dut wat in. Bij elke tussenstop komen er hordes mensen naar binnen die hun waar willen verkopen. Als je iets wilt eten moet dit snel gebeuren, want het bord en de lepel moet je weer inleveren. Langs de kant van de spoorrails staan in de dorpjes overal mensen eten te koken.

Chimborazo

We hijgen, puffen en ademen zwaar

Vandaag beklimmen we de Chimborazo, met 6310 meter de hoogste berg van Ecuador. In een gammele bus rijden we er naartoe.

Om aan de hoogte te wennen moeten we onderweg af en toe uit de bus en een stuk wandelen. De lucht wordt ijler en binnen de kortste keren ben je buiten adem. We nemen ook een pil in tegen de hoogteziekte.

De bus stopt op 4800 meter hoogte en vandaar lopen we naar 5000 meter. We vertrekken als groep, maar die valt als snel uiteen. Wij blijven met drie vrouwen bij elkaar en praten elkaar moed in. Het is zeer zwaar, na tien passen lopen heb je het gevoel of je de 100 meter in 12 seconden hebt gelopen. We hijgen, puffen en ademen zwaar. Het zuurstoftekort wordt duidelijk gemerkt. Af en toe moeten we even gaan zitten om bij te komen. En we dachten nog wel dat we een goede conditie hadden.

We passeren een aantal graven van bergbeklimmers die op deze berg zijn omgekomen en moeten even slikken. Waar zijn we aan begonnen? Maar de natuur maakt weer veel goed. Het is een wijds landschap en de kleuren zijn prachtig. Het is vreemd om helemaal geen geluiden te horen en het ruikt ook heel anders. Na anderhalf uur klimmen komen we bij de berghut op 5000 meter. We voelen het als een hele overwinning en genieten van de warme thee. Een deel van onze groep lukt het nog om tot de sneeuw op 5200 meter hoogte te klimmen, een topprestatie.

Op de terugweg hebben we ondanks de hoogtepillen allemaal een beetje hoofdpijn.

Guamote

Iedereen op de markt is even fleurig en kleurig

Op de markt van Guamote ziet het zwart van de mensen, met allemaal even fleurige en kleurige kleding. Zij staren naar ons en wij naar hen. Er zijn hier bijna geen toeristen, ook wij zijn een bezienswaardigheid.

Op de markt is werkelijk van alles te koop. Er is een groentenmarkt, een kledingmarkt, een paardenmarkt en een schapenmarkt. Een paard kost hier 30,- en een ezel gaat voor een tientje van de hand. De kruiden die ik koop zijn 50 cent per zakje. Je schaamt je bijna als je dit koopt. We hebben dan ook moeite met afdingen, maar toch moet je dit doen anders verpest je de handel. Je moet op ongeveer 2/3 van de prijs uit zien te komen.

De gebraden varkens en cavia’s liggen in de zon te bakken en de lokale bevolking smult er heerlijk van. Onze maag keert zich om als we het zien. Na de nodige souvenirs te hebben gekocht stappen we in de bus naar Banos.

Banos

Wandelen over de flanken van de vulkaan

Het busreizen hier in Ecuador is een verhaal op zich. Er is geen busregeling en er zijn ook geen busmaatschappijen. Iemand huurt of koopt een bus en rijdt hiermee van dorp naar dorp. Als je mee wilt ga je langs de kant van de weg staan steekt je hand op. Je kan altijd mee, want hoe vol de bus ook is: er kunnen er altijd meer bij. Het reizen met de lokale bevolking is een onvergetelijke ervaring. Het heeft veel ongemakken, maar we zouden het voor geen geld willen missen.

Vanuit Banos rijden we met een open truck naar de vulkaan Tungurahua. Daar maken we een schitterende wandeling over de flanken van de vulkaan. Het is er rustig en we komen weinig mensen tegen. We genieten allemaal van de prachtige natuur. Veel groen en bloemen.

De hutjes in deze omgeving zien er minder armoedig uit dan we zijn gewend. Banos is dan ook behoorlijk toeristisch. Banos betekent ‘baden’ en deze thermale baden zijn ruimschoots aanwezig. Het plaatsje ademt een relaxte atmosfeer en het lekkere warme klimaat trekt veel toeristen aan. Na de eerste indrukwekkende week is het hier heerlijk bijkomen.

Jungletocht

De geluiden van de jungle zijn fascinerend

‘s Avonds vertrekken we per bus naar het Amazonegebied, waar we een jungletocht van drie dagen gaan maken. De bustocht er naartoe is een ware martelgang. De zeer slechte weg, beter gezegd de modderpoel, is maar 1 dag per week open in verband met herstelwerkzaamheden. Deze route bespaard ons 12 uren reistijd, maar je moet er wel wat voor over hebben. We gaan door zeer diepe kuilen, langs diepe ravijnen en worden gevaarlijk heen en weer geslingerd. Sommige reizigers zijn zo misselijk dat ze kotsend uit het busraampje hangen. Als we de diepten zien en het geschuif van de bus voelen komen vragen we ons af of we het er levend afbrengen…

Na twee uren afzien komen we gelukkig weer op een onverharde weg, de bus rammelt echter zo dat we ‘s avonds in bed nog het getril van de busrit voelen. ‘s Nachts om half twee kwamen we aan en zijn meteen in bed geploft.

De volgende ochtend staan we vroeg op en gaan met z’n allen laarzen huren. Die hebben we wel nodig in de jungle. Per gemotoriseerde kano vertrekken we vanuit Mushahilli. Er gaat een lokale gids mee, samen met zijn vrouw die voor het eten zal zorgen. Water en voedsel moeten we per kano meenemen, want er zijn geen winkels in de jungle.

We overnachten in een hut van bamboe. Er zijn geen muren, maar halve wandjes van bamboe en je hebt het gevoel dat je in de open lucht ligt te slapen. De geluiden van de jungle zijn fascinerend.

We slapen onder een muskietennet op een klein matrasje. Onze douche is de rivier waar we ons ‘s ochtends in wassen.

Samen met de gids maken we een paar prachtige tochten door de jungle. Onze gids weet veel te vertellen over bepaalde kruiden die als geneesmiddel dienen. Hij laat ons van noten en vruchten proeven waar wij nog nooit van gehoord hebben. Met een kapmes wordt er een weg door de jungle gebaand. We klauteren en klimmen en worstelen ons door het dichte gebladerte. Het is een schitterende ervaring. Helaas komen we niet veel dieren tegen. Omdat er toch wel redelijk veel toeristen komen zijn die allang dieper het oerwoud in getrokken. We hebben wel genoeg apen gezien en natuurlijk spinnen en grote kakkerlakken. Na drie prachtige dagen varen we terug naar de bewoonde wereld.

Quito

Veel pleinen en impossante koloniale gebouwen

Na een oponthoud van acht uur, omdat er een zware aardverschuiving had plaatsgevonden en de bus er met geen mogelijkheid doorheen kon, komen we aan in Quito, de hoofdstad van Ecuador.

Quito is een prachtige stad met veel pleinen met standbeelden, markten, musea, kerken, kathedralen, paleizen en andere impossante koloniale gebouwen. Het ligt in een dal omgeven door bergen en vulkanen.

Quito komt op ons heel relaxed over, heel anders dan bijvoorbeeld de andere grote stad Guayaquil. We genieten van het heerlijke eten en de cerveza (bier) in de vele restaurantjes en van de overal spelen bandjes. Quito ligt op 2800 meter hoogte, omringt door vulkanen. Er heerst een prettig klimaat. ‘s Ochtens schijnt de zon weldadig, als het ‘s middags begint te regenen is het gelukkig maar even. Er is in Quito genoeg te zien en de prachtige kathedralen met de vele schilderijen en het vele met bladgoud belegde houtsnijwerk zullen we niet snel vergeten. Het is heel indrukwekkend. Wat een rijkdom is er in deze kathedralen verwerkt, terwijl je weet dat een groot deel van de bevolking in pure armoede leefde. In Quito zijn veel straatventers en ook de schoenpoetsers ontbreken niet in het straatbeeld.

Otavalo

Het afdingen gaat steeds beter

We bezoeken de markt in Otavalo. In tegenstelling tot Guamote is het hier erg toeristisch. De vele westerlingen zijn op zoek naar souvenirs en ook wij kunnen het niet laten. Er is een overdaad aan handel en het is moeilijk kiezen. Het afdingen gaat steeds beter en het wordt zelfs een beetje een sport.

Er zijn prachtige sieraden te koop en ook de warme truien en jasjes vinden gretig aftrek. Een extra rugzakje moet gekocht worden om alles mee te kunnen nemen. We kopen een aan tal beelden en vragen ons af hoe we die heelhuids thuis krijgen. Onze mooiste koop is een prachtig masker van jade.

Met een gehuurd busje en een lokale gids maken we een tocht langs een aantal dorpjes waar authentieke ambachten worden uitgevoerd. Zo bezoeken we een dorpje waar een mattenmaakster ons haar werk laat zien. Een tapijtweverij, een wolspinnerij en een fluitenmakerij. De beroemde panfluit wordt hier gemaakt. We mogen zelf de fluiten proberen, maar het lukt ons niet om er geluid uit te krijgen. We kopen een mooi geweven lint bij een moeder die samen met haar dochter aan het weven is. Onderweg zien we hoe een moeder haar twee kinderen in de rivier een wasbeurt geeft. We kijken alweer onze ogen uit.

San Lorenzo

Langzamerhand wordt de omgeving tropisch

Vandaag is een lange reisdag. Met een wat luxere bus dan we gewend zijn rijden we naar San Lorenzo. De zitplaatsen in de bus zijn vooraf geregeld, dus weten we deze keer zeker dat we plaats hebben.

Het is een prachtige rit langs gigantische bergen en diepe ravijnen. We zien onderweg watervallen en langzamerhand wordt de omgeving tropisch, met veel bananen- en palmbomen en schitterende bloemen. Ook deze weg is ongeasfalteerd, dus schudden we weer behoorlijk doorelkaar. Maar dat zijn we zo langzamerhand wel gewend.

In San Lorenzo waan je je in een andere wereld. De bevolking hier stamt af van de vroegere slaven en is dan ook negroïde. Ze zijn druk en levendig en bespringen als het ware de bus waar wij in zitten. In gebrekkig Engels vragen ze waar we vandaan komen. Dit is heel anders dan de indiaanse bevolking, die wat afstandelijk en timide is. Met deze mensen heb je snel contact. Vooraf zijn we gewaarschuwd niet alleen het dorp in te gaan, omdat het soms nogal gewelddadig is en vooral toeristen gewillige slachtoffers kunnen zijn. Wij hebben hier gelukkig niets van gemerkt.

Atacames

Een prachtig strand op loopafstand

Nadat we de hele nacht geen oog hebben dicht gedaan, omdat er de hele nacht keiharde muziek speelt op het plein voor ons hotel, moeten we om zes uur ‘s ochtends op om te ontbijten en daarna de boot te nemen naar Atacames. Het blijkt een oude gammele boot te zijn, die langzamerhand vol water loopt. Eén van de bemanningsleden moet constant hozen. De boot is erg onstabiel en af en toe denken we dat we gaan kapseizen. Gelukkig duurt de tocht maar twee uren. Na afloop blijken onze rugzakken met inhoud kleddernat.

Het prachtige appartementje dat op ons wacht maakt echter alles weer goed. Het is hier heerlijk warm, dus kan alles snel drogen. Na de boottocht maakten we nog een lange busrit, wat weer een belevenis op zich was. De bus werd zo vol gepropt, dat je je eigen ogen niet geloofde en wanneer de bus stopte kwamen er toch nog jongetjes binnen om hun etenswaar te verkopen.

Het einde van de reis is in zicht. De laatste dagen verblijven we in Atacames, met een prachtig strand op loopafstand van ons appartement. Het is bewolkt maar toch lekker warm. We liggen aan het strand te genieten. Er zijn veel strandtentjes waar je de lekkerste fruitsalades kunt krijgen. Voor je ogen wordt het vers klaargemaakt. Ook de verse vruchtensappen zijn heerlijk.

Na de drie indrukwekkende weken, waarin we ontzettend veel hebben gezien en gedaan, is het hier heerlijk bijkomen. We luieren en liggen uren aan het strand en nemen af en toe een duik in de zee. Er staat een enorme stroming, dus kun je niet echt zwemmen, maar het rondspartelen in de golven is ook erg leuk.

We huren met z’n allen een marimbagroep en genieten van de prachtige dansen. Wat een ritmiek. Natuurlijk moeten we zelf ook mee doen, maar het lukt ons niet de heupbewegingen te imiteren. Dan maar gewoon swingen. De barbecue is voortreffelijk en langzamerhand worden we ons bewust dat het bijna afgelopen is. Wij gaan met nog een stel nog 8 dagen naar de Galapagos Eilanden, maar de rest van de groep moet naar huis.

Zelf een reisverslag schrijven

De honderden reisverslagen op deze site zijn allemaal geschreven door reizigers zoals jij en ik. Ook jouw verslagen zijn welkom: over nieuwe bestemmingen, maar ook over bestemmingen waarover al verslagen op de site staan. We mailen je graag onze uitgebreide tips en aanwijzingen voor het schrijven en aanleveren van een reisverslag.
Ik wil zelf schrijven!
Banner Stem & Win