×
Welkom Reisverslagen Reizen Boeken Blog Anders Reizen Contact

MTB-expeditie naar Machu Picchu

Hangend in een bakje de bovenloop van de Amazone over

Reisverslag: Pieter Parmentier
Foto's: Pieter Parmentier

Naast de bekende Inca Trail is er ook een MTB-route van Ollantaytambo naar Machu Picchu. Toch? Klimmen over eindeloze haarspelden tot 4300 m, vlak onder de witte top Nevado Verónica, 80 km dalen naar een oude Inca-seinpost en door dalen naar Santa Teresa. Via gammele hangbruggen en hangend in een bakje over rivieren en dan is het nog maar een stukje over een oud treinspoor… tot de politie vraagt waar we heen denken te gaan.

Voor de meeste mensen die een reis boeken, is het vanzelfsprekend dat ze komen waar ze willen komen. In Peru is dat niet zo vanzelfsprekend en als je de ongebaande wegen opgaat al helemaal niet.

Vanaf Arequipa, de Witte Stad die in het zuiden van Peru op ruim twee kilometer hoogte in de Andes tussen drie vulkanen ligt, hebben we een kleine duizend kilometer gefietst. We zijn nu in de vallei van de Urubamba, de Heilige Vallei van de Inca’s tussen Aguas Calientes en Pisac, waar in het vroegere Inca-stadje Ollantaytambo een imposant fort de toegangsweg naar Machu Picchu bewaakte. Hier, op zo’n 2,5 kilometer hoogte in de Andes, is fel gevochten tegen de Spaanse veroveraars.

Ollantaytambo is tegenwoordig een aardig stadje waar zich jaarlijks duizenden toeristen doorheen wringen om zich per trein naar het startpunt van de Inca Trail of rechtstreeks naar Machu Picchu te begeven. Hier splitst onze groep zich op.

De ene helft zal de Inca Trail naar Machu Picchu lopen en de andere helft, waartoe ik behoor, zal op de fiets aantonen dat Machu Picchu langs meer dan de twee bekende routes te bereiken is.

Maar er zijn een paar losse eindjes aan dit plan. Om te beginnen hebben we geen behoorlijke kaart van de route kunnen vinden, slechts een globaal kaartje waaruit we opmaken dat het onmogelijk verder kan zijn dan 100 km. Bovendien moeten we backup regelen voor morgen omdat er onderweg geen onderdak lijkt te zijn.

Gelukkig vinden we een Amerikaan die zegt: ‘No problem for you guys’ en vervolgens, niet gehinderd door veel kennis van de route die we voor de boeg hebben, zorgt dat we in ieder geval kunnen kamperen onderweg.

Een niet onbelangrijk detail is dat iedereen ons verzekert dat deze weg nooit gedaan wordt of is.

Toch hebben we voldoende aanwijzingen dat er een route moet zijn en omdat veel mensen bergop fietsen hier al onmogelijk vinden, nemen we hun verhalen niet al te serieus. Het enige wat ze hier weleens doen is omhoog met de bus en dan downhillen (afdalen op de fiets).

We denken het geplande traject in twee dagen ruimschoots te kunnen doen dus beginnen we vrolijk aan de eerste klim van 40 km, de Abra Malaga, van 2800 naar 4300 meter. Het is de mooiste klim die ik ooit gedaan heb. Eerst opkijken naar de 5682 hoge besneeuwde top van de Nevado Verónica en vier uur later ligt diezelfde top binnen handbereik. Vervolgens afdalen door een groots en schitterend dal en dat 80km lang!

Alles wat tot dan goed vast heeft gezeten, trilt los. We hebben in de afgelopen twee weken over de slechtste wegen ter wereld gereden en deze is daarop geen uitzondering. De kampeerplek bovenop een 500 jaar oude Inca-seinpost, met magnifiek uitzicht over het hele dal, is weer een geheel nieuwe ervaring.

Santa Teresa

Een prachtige rivier, maar wel erg diep beneden ons

Vannacht ben ik ziek geworden en nu bungel ik een dag lang achteraan, bemoederd door David en Josine. Henk verkent de route. We dalen door van 4300 naar 1300 meter. Van de vrieskou boven naar bananenaanplant, krekels, duizenden vogels en vooral muggen.

We zitten onder de muggenbeten en het jeukt verschrikkelijk (na een paar dagen gaat het jeuken over maar dan zijn je benen ongeveer twee keer zo dik als voorheen).

Het vinden van de juiste afslag blijkt een probleem omdat er geen enkel bord of aanwijzing te vinden is. Het begint er steeds meer op te lijken dat onze route werkelijk niet bestaat of dat Santa Teresa, onze tussenstop onderweg naar Machu Picchu, een leprakolonie is. Dit is niet prettig want onze enige backup, de Amerikaan, hebben we vanmorgen al naar huis gestuurd.

We vinden de brug en denken opnieuw dat het niet ver meer kan zijn. Tegen beter weten in, want tot nu toe blijkt dat er zoveel haarspeldbochten niet op de kaart staan dat een stuk van 100 km in werkelijkheid 200 km is. Het volgende deel van de route slaat in dat opzicht alles. Mooi is het, dat zeker, maar het gaat steil omhoog van 1300 naar 2100 meter, met een gemiddeld stijgingspercentage van tien procent.

We arriveren om 15 uur in Santa Teresa: golfplaten daken, modderwegen, huizen zonder ruiten, winkeltjes en restaurantjes die niet als zodanig herkenbaar zijn, kinderen in schooluniform, kleinvee en honden overal, het slachten van vee langs de weg. Voor ons inmiddels al heel normaal allemaal.

Even uitrusten en proberen wat voedsel naar binnen te werken. Ik voel me steeds zieker. De tijd begint te dringen en hoe verder?

Een behulpzame jongen wil het wel even wijzen. Een trap met (voor mijn gevoel) duizend treden af. Een kilometer door de rivierbedding en een hangbrug over; zo’n ding met losse planken aan een paar touwen. Prachtige rivier maar wel erg diep beneden ons.

Het mooiste moet dan nog komen: de kabelbaan. Het is een bakje ter grootte van een salontafel (en met hetzelfde comfort) wat met twee wieltjes over een kabel rijdt.

Discussie: is dat nog wel verantwoord en kunnen we nog voor donker in Machu Picchu zijn? We besluiten terug te gaan naar Santa Teresa en daar te overnachten.

Ik zie het hotel van mijn (koorts)dromen in Machu Picchu met onbeperkt warm douchen, schone kleren en vooral vrij van muggen, als een fata morgana aan de horizon verdwijnen. Ik weet heel zeker dat ze dat hier niet hebben.

Onze zoektocht levert dan ook niet direct bruikbaar resultaat op, behalve: ‘Nee, hier niet maar misschien in Machu Picchu’. Dat we inmiddels ruim 1000 km gefietst hebben om daar te komen en dat we er door die ontbrekende brug vandaag niet meer zullen arriveren, wordt niet begrepen.

Uiteindelijk vinden we iets en het heet: Machu Picchu! Deze accomodatie wordt o.a. aangeprezen met ‘warm water’. Dat blijkt redelijk te kloppen. Losse elektriciteitsdraden lopen naar de douchekop en als je de schakelaar in de juiste stand zet dan krijg je lauw water. Vermoedelijk ook krullen als je iets fout doet.

Maar ach, als je spanning en avontuur zoekt dan moet je niet jammeren als je het vindt. Kakkerlakken en andere gespuis geven wat gezellige afleiding.

Aguas Calientes

Waar we heen denken te gaan?

Na twaalf uur slapen ben ik weer mens. Over de prijs van dit pension kunnen we niet klagen: 7 Sol per nacht (= 1,75 euro).

We besluiten bij het ontbijt om toch maar met het bakje te gaan en dat is een spectaculaire ervaring. Hoewel het principe heel eenvoudig is: je gaat er met fiets en al opzitten en je trekt jezelf met een touw naar de overkant.

Nog steeds onbekend met wat ons nog te wachten staat, gaat het door weer zo’n prachtige kloof naar de waterkrachtcentrale en vandaar zullen we over een oud treinspoor de laatste kilometers afleggen. Wel, de centrale is er en het spoor ook maar ongebruikt is het allerminst. Er is een soort stationnetje met allerhande handelaren. Misschien is dit een soort ravitailleringsplaats voor de wandelaars die we onderweg gezien hebben?

Welgemoed beginnen we aan onze laatste acht kilometer langs het spoor. Helaas, na twee kilometer worden we aangehouden door de plaatselijke politie. Waar we heen denken te gaan? We leggen geduldig uit van die 1100 km door hun prachtige land en dat we er bijna zijn. Zij leggen net zo geduldig uit dat we niet verder kunnen en dat er straks een trein komt.

Na enige discussie wordt duidelijk dat we niet onze eigen grenzen bereikt hebben, hoewel dat soms niet veel gescheeld heeft, maar wel die van de Peruaanse overheid. We moeten het accepteren.

Hadden we geweten dat vijf uur rondhangen op het stationnetje in the middle of nowhere zou volgen dan waren we misschien minder principieel geweest. De treinreis naar Aguas Calientes die volgt is prachtig en onze fietsen kunnen zonder probleem mee. Aguas Calientes is in feite het treinstation van Machu Picchu en verder volstrekt oninteressant. Een dag later dan gepland komen we aan, moe maar zeer tevreden. De douche die volgt in een schoon hotel zal ik niet licht vergeten.

Janneke, onze reismanager door Zuid-Peru, heeft het vervoer van onze fietsen, ons spoedbezoek aan de Incastad morgenochtend om half zes en de trein terug naar Ollantaytambo om 8.30 uur al helemaal geregeld; wat een inzet en toewijding.

Machu Picchu

Als de zon opkomt, is het effect overdonderend

Het is eigenlijk schandelijk dat we ons zo door dit Inca-heiligdom moeten haasten. Maar het zal duidelijk zijn dat we nogal ons best gedaan hebben om hier eerder aan te komen en met gepaste aandacht dit werelderfgoedmonument te ondergaan.

We nemen de eerste bus naar Machu Picchu, haarspeld na haarspeld omhoog naar 2500 meter. Bij vertrek is het nog donker maar tijdens de rit is steeds meer te zien van het omringende landschap met z’n merkwaardige puntbergen.

Op een van die punten hebben de Inca’s 500 jaar geleden een stad gebouwd die zelfs voor de Spaanse veroveraars en hun niets ontziende goudhonger verborgen bleef. Pas in 1911 ontdekte de Amerikaanse onderzoeker Hiram Bingham op aanwijzing van een plaatselijke herbergier de overblijfselen van de stad. Goud was er niet te vinden maar archeologisch gezien was het een fantastische vondst. Circa 500 mensen zouden hier ooit voor korte tijd hun toevlucht gezocht hebben toen van alle kanten gevaar dreigde.

Het begint licht te worden, gelukkig is het helder. We zijn de eersten en kunnen daardoor nog genieten van de stilte. 300.000 mensen bezoeken jaarlijks Machu Picchu. De Peruaanse overheid doet erg haar best om die stroom te reguleren en de schade aan dit monument en zijn omgeving beperkt te houden.

Als de zon opkomt, is het effect indrukwekkend, overdonderend zelfs. Wat een monument van doelgerichtheid, samenwerking en vakmanschap. Ze hadden de tijd, die Inca’s. Daarmee is een stukje verklaard van het raadsel. Als je jaren de tijd kunt nemen om stenen te houwen, te polijsten en perfect aan elkaar te passen dan helpt dat.

Maar er zit een visie achter, organisatietalent, gedrevenheid en een hang naar perfectie die ongekend is. Hun hele cultuur was daarvan doortrokken en dat verklaart voor een belangrijk deel het ongekende succes van de Inca-dynastie om volkeren aan zich te binden en hun rijk effectief te besturen.

We hebben veel te weinig tijd en missen een deskundige toelichting. Nu weten we in feite niet wat we zien. Verder maar weer want de trein wacht niet. Met pijn in het hart verlaten we deze onaardse plek maar we zijn blij iets van de magie meegekregen te hebben.

De trein brengt ons terug naar Ollantaytambo, van waar we een paar dagen geleden nietsvermoedend op expeditie gingen. Het is een mooie treinreis, met een tussenstop in Ollantaytambo en dan verder naar Cusco. Twee maanden later wordt een deel van dit spoor door een aardverschuiving weggevaagd met als gevolg dat 1400 toeristen in Aguas Caliente komen vast te zitten.

De terugreis naar Nederland is begonnen. Nog wat nagenieten in Cusco, waar we ons al aardig thuis voelen, en afscheid nemen van Peru met een gezellige maaltijd. Slechts twee dagen geleden sliepen we in een pension tussen de kakkerlakken en moest ik het avondeten aan me voorbij laten gaan.

De onvergetelijke combinatie van de afgelopen weken; genieten en afzien. Deze reis was vol van extremen: in temperaturen, culturen, ecosystemen, kwaliteit van leven, ontbering en vertroeteling, afzien en ontspanning. Dat maakt diepe indruk.

Zelf een reisverslag schrijven

De honderden reisverslagen op deze site zijn allemaal geschreven door reizigers zoals jij en ik. Ook jouw verslagen zijn welkom: over nieuwe bestemmingen, maar ook over bestemmingen waarover al verslagen op de site staan. We mailen je graag onze uitgebreide tips en aanwijzingen voor het schrijven en aanleveren van een reisverslag.
Ik wil zelf schrijven!
Banner Stem & Win