×
Welkom Reisverslagen Reizen Boeken Blog Anders Reizen Contact

Naar de Noordkaap

Langs Finse meren en Noorse fjorden

Reisverslag: Willem & Christiane Mosselmans-De Coster
Foto's: Willem & Christiane Mosselmans-De Coster

Langs de Finse meren naar de Noordkaap en via de Noorse fjorden terug. Boven de poolcirkel lopen rendieren over de weg en zijn de huizen en kerken vaak van hout. Haast hoef je niet te maken, want in de zomer gaat de zon toch niet onder. In Lapland is de bijzondere cultuur van de Sami duidelijk zichtbaar. En die van hun voorouders: tot aan duizenden jaren oude rotstekeningen toe. Over het algemeen blijkt het weer ook nog eens behoorlijk mee te vallen.

In het Noord-Duitse Lübeck-Travemünde rijden we tegen middernacht de Finnlady op, die 3 uur ‘s nachts het ruime sop kiest. Na een tocht van 29 uur over de Oostzee komt de ferry van Finnslines aan in Helsinki, de witte stad aan de Finse Golf.

Samen met ons kleinkind Noah gaan we van boord. Hij zal ons deze reis behulpzaam zijn met het maken van foto’s. We laten de auto achter bij het hotel dat we voor de komende nacht hebben geboekt. Alle bezienswaardigheden liggen op loopafstand dus het is geen probleem om de stad te voet te verkennen.

Allereerst bekijken we de 19e eeuwse neoclassicistische domkerk, die een 62 meter hoge koepel heeft. Via het naast de dom gelegen Senaatsplein lopen we naar de Esplanade: de door een stadspark gescheiden Noord- en Zuidboulevard, waaraan mooie designwinkels liggen.

Aan het eind daarvan zijn we bij Kauppatori, het marktplein dat aan de haven ligt en wordt omringd door gebouwen als het presidentieel paleis en het hooggerechtshof. In de markthal nuttigen we wat voordat we nog naar de Urpenski-kathedraal gaan.

Voor andere bezienswaardigheden hebben we geen tijd meer, want morgen rijden we al landinwaarts naar het ruim 400 km ten noorden van de Finse hoofdstad gelegen Kuopio.

Kuopio

Zuidwest Finland is werkelijk bezaaid met meren

Het is droog en een graad of vijftien als we via Lahti en Jyväskylä richting Kuopio koersen. We passeren een groot aantal meren. Finland wordt wel het land van de duizend meren genoemd maar in werkelijkheid zijn het er meer dan 188.000 en met name het zuidwesten waar we nu doorheen rijden is ermee bezaaid.

We stoppen even in Heinola, dat ook al voor een derde uit water bestaat, maar het vogelpark dat hier zou moeten zijn kunnen we niet vinden. Vragen aan de bevolking biedt geen soelaas, zoals we deze reis vaker zullen merken. Maar weinig mensen spreken hier Engels, Frans of Duits en het lijkt wel alsof ze proberen te vluchten als je hen iets wilt vragen.

We rijden door Jyväskylä, de vierde stad van Finland die de stad van de bruggen wordt genoemd. Het ligt aan het grote Päijannemeer met zijn talrijke eilandjes, variërend van kale rotsen tot bewoonde en onbewoonde eilandjes met zandstranden. Het is een aanrader om hier een boottocht te maken, voor wie de tijd heeft.

De laatste 70 km voor Kuopio staan er enorm veel flitsers langs de weg. We houden ons zoveel mogelijk aan de opgegeven snelheid, die varieert van 60 tot 100 km/u. Geen idee waarom, want de weg is mooi geasfalteerd en er is zeer weinig verkeer. Het is echt relaxed rijden in Finland. Wel is er buiten Helsinki doorgaans maar een rijstrook per richting.

Kuopio ligt op een grillige landtong in het Kallavesimeer en is vooral bekend vanwege de 150 m hoge Puijotoren op de gelijknamige heuvel. Bovenin de toren zit een langzaam draaiend restaurant, dat een mooi uitzicht biedt op het omringende merengebied. Op de helling onder de toren liggen skischansen.

Aan de ene kant van het mooie Snellmanpark ligt de domkerk, aan de andere kant het stedelijk museum. Er is ook een markthal met mooie jugendstilelementen en een orthodox kerkmuseum. De 20e  eeuwse orthodoxe Sint Nicolaskathedraal is de zetel van de Fins-orthodoxe bisschop.

Vuokatti

Echt een gebied voor de natuur­liefhebber

De volgende ochtend vertrekken we met lichte regen naar Vuokatti, dat nog een goede 300 km noordelijker ligt. In het merengebied bij Iisalmi vond in de 18e eeuw een grote veldslag plaats tussen Zweden en Rusland. Nog steeds herinneren gedenktekens en een museum hieraan.

Iets buiten het centrum van Iisalmi ligt een openluchtmuseum dat is gewijd aan de lokale geschiedenis van de streek Ylä-Savo. Verschillende gebouwen zijn daartoe hierheen verplaatst, waaronder een pakhuis en een windmolen. In het centrum staat een mooie houten kerk uit 1770.

We volgen de E63 verder richting Kajaani, dat aan de rivier Kajaaninjoki ligt. Kajaani heeft enkele parken en stranden. In het kleine Kainnuu District Museum is een tentoonstelling over de teerhandel en het leven van weleer in dit deel van Finland.

Zo’n 10 km noordelijker ligt het stadje Paltaniemi aan de oever van het Ouljärvimeer. Hier staat een 18e eeuws kerkje met beroemde muur- en plafondschilderingen van de hand van Emanuel Granberg.

Wij rijden verder naar Vuokatti, zo’n 30 km ten oosten van Kajaani aan het Nuasjärvimeer. Dit is echt een gebied voor de natuur­liefhebber. Van op de top van de Vuokatinvaarat krijg je een weids uitzicht over Vuokatti, Sotkamo en de meren eromheen.

Hier ligt ook een husky farm die we even bezoeken. Een safaritocht zit er niet in, want er is geen plaats meer voor vandaag en morgen trekken we alweer verder naar het noorden.

Rovaniemi

Geen haast, want de zon gaat toch niet onder

Met volop zon en 18 graden vertrekken we, wederom langs meren, westwaarts naar Oulu aan de Botnische Golf. Ongelooflijk, hoe noordelijker we rijden hoe warmer het wordt. Als we begin van de avond aankomen in Rovaniemi, de hoofdstad van Fins Lapland, is het 22 graden.

Het centrum is een levendige bedoening, er is vrij veel volk op straat en mensen zitten gezellig op terrasjes met een drankje. Niemand heeft haast, want we zitten aan de poolcirkel en de zon gaat hier ‘s zomers niet meer onder.

Rovaniemi telt maar liefst twee amusementsparken die gewijd zijn aan de kerstman, die hier ‘woont’. Santa Park is deze zomer gesloten voor renovatie maar Santa Claus Village is open. De toegang is gratis en tegen tienen is het al behoorlijk druk. Allereerst overschrijden we de poolcirkel, die met een witte lijn op de grond is gemarkeerd. Iedereen wil hier natuurlijk een foto nemen.

Daarna aanschuiven voor een ‘gesprekje’ met de kerstman. Die zit hier het hele jaar door, ook al is het nu 24 graden en zonnig. Verder zijn er souvenirwinkels, een Lappenkamp, rendieren en restaurants.

Beslist de moeite waard in Rovaniemi is het Arktikum, dat o.a. een provinciaal museum over Lapland bevat met een tentoonstelling over de cultuur van de Sami en het Arctic Centre van de universiteit van Lapland dat het leven in het poolgebied bestudeert.

Inari

Een traditionele ontmoetingsplaats van de Sami

We steken nogmaals de poolcirkel over en rijden naar Inari, nog eens 360 km noordelijker. Vanaf nu is het oppassen geblazen voor de vele rendieren op de weg.

In Luosto nemen we de afslag naar de Lampivaaraberg, waar in 1985 een amethistmijn is ontdekt. Gezien de mijn in het Pyhä Luosto National Park ligt kun je er niet geraken met de wagen. De laatste kilometers moeten we stappen en vervolgens een groot aantal trappen op naar de mijn die op de berg ligt.

Amethist is een violette variant van het kwartsmineraal en was al in de oudheid een populaire edelsteen.

Onze volgende halte is in Sodankylä waar de oudste Samikerk van Lapland staat. Het houten gebouw dateert uit de 2e helft van de 17e eeuw. Hier staat ook een mooi standbeeld van een Sami met zijn rendier.

Verder noordwaarts, tussen Vuotso en Saariselkä, ligt Tankavaara. Dit goudstadje is dorp en toeristische attractie ineen, met onder andere een goud­museum. Er is een mooie tentoonstelling over het delven van goud wereldwijd en een wasplaats waar je je geluk kunt beproeven door goud te zoeken met behulp van een pan. Buiten staan wat historische gebouwen.

In Saariselkä, een deelgemeente van Inari, vormen Sami (Lappen) een derde van de bevolking. Het ligt te midden van de heuvels bij het Nationaal Park Urho Kekkonen, zo’n 250 km ten noorden van de poolcirkel. Het is een toeristisch dorp dat in de winter een populair skioord vormt maar zijn typische Lappenidentiteit heeft behouden. Er is een kleine concentratie van blokhutten en hotels die met elkaar verbonden zijn door straatjes.

Langs de weg van Ivalo naar Inari verwijst een bord naar Karhunpesäkivi, de berensteen. Lange vlonders met trappen brengen je naar de zo’n 100 m van de weg gelegen rots. Onder de reusachtige rots is een hol dat vroeger voor offer-ceremonies werd gebruikt.

Inari is prachtig gelegen aan het Inarijärvi, een van de mooiste meren van Finland. Het telt zowat 3000 eilanden. Inari is een traditionele ontmoetingsplaats van de Sami. Hier bevindt zich ook het Inari Sami museum met een tentoonstelling  over de natuur van Lapland en de levenswijze van de Sami.

Honningsvag (Noorwegen)

Mist en harde wind rond de Noordkaap

Via weg 92 rijden we in de regen over enorme heuvelruggen met hellingen van 8 tot 10% naar Karasjok in Noorwegen. Karasjok is een stadje waarvan 80% van de inwoners Samisch is. Hier is het parlement van de Sami in Noorwegen gevestigd en Sapmi Park, een cultuurpark over het leven van de Sami.

Er zijn in dit park onder andere een zomerkamp en een winterkamp ingericht, een interessant museum en de nodige zaken waar je Samisch kunt eten of lokale souvenirs kunt kopen.

We rijden verder noordwaarts. Tussen Lakselv en Russenes aan de Porsangenfjord lopen schapen op de weg. De uitzichten op de fjord zijn fantastisch. Het is elf graden maar droog. We voelen wel dat hoe noordelijker we rijden hoe meer wind er is en hoe kouder het aanvoelt.

Via de bijna 7 km lange tunnel, die een diepte bereikt van 212 m onder de zeespiegel, rijden we naar het eiland Magerøya, waarop de Noordkaap ligt. In Honningsvag nemen we voor twee nachten onze intrek in een hotel dat mooi gelegen is aan de haven. In die haven ligt de Nordnorge van Hurtigruten aangemeerd.

Na het avondeten gaan we op zoek naar de Noordkaap. Over die benaming is nogal wat te doen. Opgevat als het meest noordelijke punt van het Europese vasteland telt Nordkapp niet mee, want dat ligt op het eiland Magerøya. Net als het nog anderhalve km noordelijker gelegen Knivskjellodden. Het oostelijker gelegen Kinnarodden is wel het noordelijkste punt op het vasteland.

Naar Knivskjellodden is het twee tot drie uur lopen. Naar Kinnarodden moet je een wandeling van zo’n 24 km maken. Onze Noordkaap wordt dus Nordkapp. Er is een hevige mist komen opzetten, er waait een stevige wind en het is echt koud. Maar het lukt ons om over de smalle weg door de bergen veilig aan te komen.

De mist is zo dicht dat we de ingang bijna niet zien maar binnen in de Noordkaaphal is het heerlijk warm.

We ondernemen een poging om de wind en de mist te trotseren. Uiteindelijk lukt het om op het platform te komen waar een globe de Noordkaap markeert. Veel uitzicht op de Barentszzee is er niet en de middernachtzon zal vandaag echt niet van de partij zijn, dus keren we terug naar ons hotel.

De volgende dag verkennen we de streek rond de Noordkaap. Weer staat er veel wind en hangt er een zeer dichte mist. We zien slechts een 50 m en op sommige plaatsen amper 20 m voor ons. Onderweg naar Gjesvaer zien we twee dappere fietsers. Ze worden warempel opzij geblazen door de wind.

Gelukkig trekt de mist vrij snel op en zien we toch de mooie bergen. We bezoeken het haventje van Gjesvaer. Vanaf hier kun je op vogelsafari naar het eiland Gjesvaer­stappan, waar elke zomer papegaaiduikers, jan-van-genten en zeearenden nestelen. Door de storm vaart de boot vandaag helaas niet uit.

We rijden naar Skarsvag, een kleurrijk plaatsje tussen de bergen met zo’n 60 inwoners. Het is de noordelijkste vissershaven ter wereld. Een warme golfstroom houdt de haven open. Vandaag liggen de boten echter voor anker in de haven te dansen op de woelige golven.

Vanuit Skarsvag kun je een wandeling maken naar Kirkeporten, een boogvormige rotsformatie. Het is wel een klim- en daalwerk en gezien het weer is het pad vrij slipperig.

Terug in Honningsvag bezoeken we de houten kerk uit 1884, een mooi wit gebouw met grijs dak en toren. Toen de Duitsers zich in 1944 terugtrokken spaarden ze alleen dit kerkje, de rest van de stad brandden ze plat.

Alta

Duizenden rotstekeningen van ver voor de jaartelling

Verder noordelijk kunnen we niet, dus begint vandaag onze tocht terug richting zuiden. De zon is al vroeg van de partij en er is geen rimpeltje op het water in de haven van Honningsvag. We waren hier echt twee dagen te vroeg maar profiteren nog even van het weer door wat foto’s te maken, want zo zagen we de haven nog niet.

Via de Noordkaap­tunnel verlaten we Magerøya. In Russenes rijden we langs de kleine Olderfjord, een zijtak van de brede Posanger, de derde langste fjord van Noorwegen. Via de E6 en rijksweg 94 zetten we koers richting Hammerfest.

Dit is werkelijk rendiergebied: overal langs de baan zie je de dieren wandelen. Het is dus toch oppassen geblazen in dit onherbergzame onbewoonde gebied.

In Kvalsund rijden we de 750m lange Kvalsundbrug over naar Hammerfest op het eiland Kvaløya. Vlakbij de brug is een rotsformatie, de Stalloen, offerplaats van de Sami. Er zijn ook rotstekeningen.

Hoewel Hammerfest boven de poolcirkel ligt is het dankzij de ijsvrije haven, een halteplaats van de Hurtigruten, uitgegroeid tot een stadje met zo’n 7.500 inwoners. In 1890 kreeg Hammerfest als eerste stad in Noorwegen elektrische straatverlichting, opgewekt door waterkracht. Interessant, in een plaats waar de zon in de zomer weliswaar 2,5 maand niet ondergaat maar het in de winter even lang de hele dag duister blijft.

De moderne kerk uit 1961 heeft de vorm van een droogrek voor vis. Aan de overkant van de haven staat de Meridiaanzuil, die via trappen bereikbaar is. Deze werd in 1854 opgericht door koning Oscar II. De pilaar met daarop een globe markeert de eerste officiële meting van de grootte en vorm van de aarde.

Vanaf het monument, inmiddels door UNESCO uitgeroepen tot werelderfgoed, hebben we een spectaculair zicht op het eiland Melkøya en het gasveld Snøhvhit.

Ook de berg Salen, net buiten Hammerfest, biedt unieke uitzichten: over de stad, de nabijgelegen eilanden en de baai met de haven. Het symbool van de stad is de ijsbeer en er is een klein ijsberenmuseum en een heuse IJsberenvereniging, waarvan iedereen ter plekke lid kan worden. Met een door de burgemeester ondertekende lidmaatschapskaart op zak hoef je geen selfie te maken om te bewijzen dat je hier bent geweest.

Hammerfest is de moeite van de omweg zeker waard. Want een omweg is het: de weg loopt hier dood en we moeten weg 94 terug volgen tot Skaidi. Daar nemen we de E6 richting Alta, een iets eentonige weg door alweer een desolaat gebied. Alta ligt aan de Altafjord, waarin de Altarivier uitmondt. Deze staat bekend als een van de beste zalmrivieren van Noorwegen.

Alta heeft ook een moderne kerk, de Nordlyskatedralen oftewel de Kathedraal van het Noorderlicht uit 2013. De buitenkant, die met titanium is bekleed, is speciaal ontworpen om het noorderlicht te weerkaatsen.

Iets buiten Alta, in het naastgelegen plaatsje Hjemmeluft, ligt het Altamuseum. Nog interessanter dan de tentoonstellingen over hoe men hier vroeger leefde is wat buiten het museum te zien is. Vanaf paden van houten vlonders zijn hier duizenden rotstekeningen te zien die hier circa 4.200 tot 500 voor Christus zijn gemaakt door de voorouders van de Samen.

Tijdens deze periode verzamelden de bewoners van het gebied zich hier meerdere malen per jaar, waarschijnlijk om rituele ceremonies uit te voeren.

De unieke verzameling rotstekeningen, die op de werelderfgoedlijst staan, zijn volgens UNESCO waarschijnlijk elementen in mythen en verhalen over werelden bewoond door mensen en geesten. De tekeningen zijn niet op een verticale wand gekrast en gekleurd maar op de bodem van een rotsplateau.

Er zijn o.a. jachttaferelen te zien, beelden van rendieren die binnen hekken worden samengedreven en tekeningen van vissers die met netten op boten staan. Tezamen geven die een beeld van hoe de jagersverzamelaars hier indertijd leefden.

Tromsø

Prachtige uitzichten over de fjorden

Het is 16 graden en bewolkt als we over de kustroute E6 verder zuidwaarts slingeren. Op de 412 m hoge Kvænangsfjell stoppen we bij de Gildetun in Sorstraumen om iets te eten. Het is een typisch berghotel met enkele huurhuisjes ernaast, met een mooi uitzicht op de Kvænangenfjord en de Jøkelfjord, waarin de gletsjer Øksfjordjøkelen uitmondt.

Het is de enige gletsjer in Noorwegen waarvan de tong tot aan de zee reikt. Er is een vrij dichte plaatselijke mist op komen zetten maar die trekt al snel weer weg.

We slingeren verder over de E6 tot de afslag naar de A8 richting Tromsø. Op deze weg staat de ene flitspaal na de andere, het is oppassen geblazen. Als we de statige IJszeekathedraal in het landschap zien opduiken zijn we in Tromsø.

Tromsø is met ruim 73.000 inwoners de grootste stad in het noorden van Noorwegen. De stad ligt ingesloten door fjorden, bergen en eilanden. Het centrum van de stad ligt op het eiland Tromsøya, dat via de 1016 m lange Tromsøbrug en een tunnel met het vasteland is verbonden. Ook in de haven van Tromsø ligt een schip van de Hurtigruten afgemeerd, de Spitsbergen.

Finnsnes

Een rondje over het eiland Senja

Het is tien graden, bewolkt en miezerig met mist in de bergen, als we naar Nordkjosbotn rijden. Onderweg bekijken we de waterval Bardufossen en rijden dan via Andselv en Finnsnes richting Gryllefjord, een vissersdorpje op het eiland Senja. Het is een prachtige route met vergezichten op puntige bergpieken en diepe fjorden.

Na een tijdje wordt de weg echter zo slecht dat we besluiten terug te keren. Een alternatieve route naar Gryllefjord proberen we niet als blijkt dat niemand enige zekerheid kan geven dat deze er beter bij ligt. Dus toeren we nog wat rond op Senja vooraleer terug de brug over te rijden naar Finnsnes.

Andenes

Scherp gekartelde pieken op de Vesterålen

Vandaag verruilen we het vasteland voor de Vesterålen, een eilandengroep die net als de Lofoten ten zuiden ervan wordt gekenmerkt door scherp gekartelde pieken, groene weiden en vrolijke bonte vissersdorpjes. Ze behoren tot het mooiste dat Noorwegen te bieden heeft.

De vraag is alleen hoe er te geraken. Omdat de alternatieven wel erg ver om zijn nemen we toch de uiterst slechte weg naar Gryllefjord om daar een veerboot te nemen.

De zichten zijn ondanks regen en mist super en langzaamaan hobbelen we verder. Op tijd voor de veerboot weten we Gryllefjord te bereiken. Over een vrij woelige zee varen we naar Andenes op het eiland Andøya. We hebben een beetje pech. Voor de papegaaiduikerssafari naar het vogeleiland Bleiksoya zijn we te laat, zo die gezien het weer al is vertrokken.

Bij het vertrekpunt in Andenes voor boottochten om verschillende soorten dolfijnen en walvissen te spotten blijft het stil. Dan rijden we maar naar het Andøya Space Centre, een heel interessant museum over de ruimte en het onderzoek naar het noorderlicht.

Svolvaer

Klimmen en dalen over de Lofoten

We rijden richting Svolvaer op de Lofoten. De zon breekt door en achter een laagje mist hebben we prachtig zicht op de bergen. In Stokmarknes rijden we de hoge wel zeer speciaal gebouwde brug over: de een kilometer lange Hadselbrug heeft een vrije doorvaarthoogte van maar liefst dertig meter. Zelfs grote schepen van de Hurtigruten varen er gewoon onderdoor.

In Melbu nemen we de veerboot naar Fiskebol en even later checken we in Svolvaer in in ons hotel. De Lofoten zijn echt de moeite waard: achter iedere bocht zou je wel willen stoppen om het landschap te bewonderen. Tijdens een rondje over Austvågøy bezoeken we de Lofoten­kathedraal in Kabelvag en in Henningsvaer flaneren we langs de haven.

Onderweg zien we regelmatig houten rekken waarop stokvis te drogen wordt gehangen.

Ook tijdens een rit naar Å, het zuidelijkste punt op de Lofoten, worden we steeds weer verrast door de prachtige landschappen. Wegen die enorm stijgen en dan weer de diepte induiken zijn hier schering en inslag. Hier en daar zien we (eind juli) nog pakjes sneeuw boven op de bergtoppen.

In Å staan veel rorbuer: traditionele roodgeverfde houten vissershuisjes op palen die werden opgefrist en aan toeristen worden verhuurd. Op de smalle weg is er naar Noorse normen vrij veel verkeer, want alle toeristen die naar de Lofoten komen bezoeken dit plaatsje.

Iets noordelijker ligt het vissersdorpje Reine grotendeels op een eiland in de Reinefjord. Ook Sund is een kleurrijk vissersplaatsje. We bezoeken er het smederijmuseum waar een smid aan het werk is en het ernaast gelegen visserijmuseum met oude vissersboten.

Het best bewaard gebleven vissersdorp op de Lofoten is volgens de bewoners het tussen Å en Leknes gelegen Nusfjord, waar de kleine rode vissershuisjes ingeklemd liggen tussen de omliggende rotsen. Het is een van de oudste vissersdorpen maar Nusfjord wordt niet meer permanent bewoond. Het is een museumdorp geworden, waarvoor je toegang moet betalen. Ook kun je er overnachten in een rorbuer.

Onze derde dag in Svolvaer verkennen we de Lofoten verder. De bergen baden in de zon en weerspiegelen mooi in het heldere water. De attractie van Gravdal is de Buksnes kirke uit 1905, een houten kerkje in drakenstijl.

Als we rond de haven van Ballstad lopen is het al 24 graden, terwijl we nog steeds boven de poolcirkel zitten. In Borg bezoeken we het Lofotr Viking Museum dat een beeld geeft van het dagelijkse leven en de gebruiken van de Vikingen en zien we alweer een mooi houten kerkje.

Onderweg naar Stamsund passeren we een strand waar mensen liggen te zonnen. Het is inmiddels 27 graden! Ook Stamsund is weer een pittoresk vissersplaatsje met een kleurrijke haven.

Hurtigruten

Duizend kilometer de Noorse kust vanaf zee bekijken

Terwijl we genieten van een ijsje en een glaasje wijn zien we de statige Nordlys de haven van Solvaer binnenvaren. Een deel van de Hurtigruten varen we zuidwaarts mee op dit schip: tot Ålesund. Nadat we onze bagage in de kajuit hebben geplaatst werpen we vanaf het bovendek nog een laatste blik op Svolvaer.

Na het avondmaal zien we nog steeds het prachtige landschap van de Lofoten voorbij glijden.

De volgende ochtend passeren we de Poolcirkel. Na korte stops in Nesna en Sandnessjoen is er in Bronnoysund tijd voor een excursie of een wandeling. We houden het snel voor gezien, want het is hier vrij koud. Eind van de middag passeren we het eiland Torget met de 258 m hoge berg Torghatten die de vorm heeft van een hoed waar een enorm gat in zit, dat tijdens de ijstijd door erosie ontstond.

We worden de volgende ochtend gewekt door de zon die onze kajuit binnen schijnt. We meren in de haven van Trondheim net af voor de Kong Harald die de Hurtigruten in omgekeerde richting aflegt. In de aan de Trondheimfjord gelegen stad zijn wat zaken te bezichtigen, zoals het aartsbisschoppelijk paleis in het historische centrum en de ruim 100 m lange gotische Nidaros-kathedraal, waaraan van 1070 tot 1300 is gebouwd.

De Nordlys vertrekt na een paar uur alweer naar Kristiansund. Net buiten de haven van Trondheim passeren we het eilandje Munkholmen. Van het oude klooster, dat later dienstdeed als gevangenis, zijn enkel de vestingwallen nog zichtbaar. Wie wil kan in Kristiansund van boord voor een excursie langs de mooie kustweg, om in Molde weer aan boord te stappen.

Rond middernacht varen we de haven van Ålesund binnen, waar we van boord gaan. We hebben dan 1.003 km meegevaren met de Hurtigruten en de mooie Noorse kustlijn een stuk van de andere kant kunnen bekijken. Het is nu echt donker, een groot verschil met de dagen die we boven de Poolcirkel doorbrachten.

Ålesund

De bergen weerkaatsen in het water van de fjorden

Ålesund heeft de grootste vissershaven van Noorwegen. In 1904 werd bijna de hele stad met haar houten huizen verwoest door een brand. Veel werd daarna opgebouwd in de Art Niveau-stijl die toen populair was, wat de stad een nieuw uniek uiterlijk gaf waar ze tegenwoordig bekend om is.

Aan de haven en in de winkelstraten in het centrum is het behoorlijk druk. We klimmen naar het uitzichtpunt Fjellstua op de berg Aksla die midden in de stad ligt. Vanaf het panoramaterras genieten we tijdens de lunch van een prachtig uitzicht over Ålesund en de eilandjes in de omgeving.

Enkele van die eilanden voor de kust gaan we bezoeken. We beginnen met Vigra, het meest noordelijke eiland, dat we bereiken via een tunnel en een brug. Bij het haventje van Roald loopt de weg dood op de kust.

Het enige wat we hier langs de weg zien zijn vogels en een zuil die herinnert aan Gange Rolv. Deze uit Vigra afkomstige Rollo de Noorman wist het tijdens rooftochten tot graaf van Normandië te schoppen. Via Molnes en Synnes, eveneens kleine plaatsjes aan zee, maken we ons rondje Vigra af.

We nemen de brug terug naar Valderoya, om ook dit eiland te ronden. Daarna volgt Giske, een piepklein eiland ten westen ervan. In een 12e eeuws marmeren kerkje praten we even met de priester. Die vertelt dat ter bescherming tegen de wind over het marmer een laag pleister is aangebracht. Er vinden hier nog steeds diensten plaats.

Via een tunnel rijden we naar Godoya, de zuidelijkste van dit groepje eilanden. Daar staat in Alnes een vuurtoren uit 1876, waar je in mag klimmen om het landschap rondom te bewonderen.

Tot slot bezoeken we het vogeleiland Runde, dat een stuk verder ten zuidwesten van Ålesund ligt. Daartoe moeten we de veerboot naar Hareid nemen en vervolgens via de 61 en 654 naar Runde rijden.

De bergen weerkaatsen in het water van de fjorden. We parkeren de wagen en lopen te voet verder. Links buigt de weg af naar de berg, waar boven aan de steile hellingen de papegaaiduikers nestelen. Helaas, zo hoog klimmen zien we niet zitten. We lopen wel verder tot aan de rotsen waar de weg stopt.

Kijken naar alle richtingen, in de lucht, op het water, geen papegaaiduikers te zien. Spijtig, want het is onze laatste kans deze reis.

Morgen rijden we door de bergen naar Lillehammer en de dag erna via Hamar naar Oslo, vanwaar we in 20 uur met de veerboot naar Kiel varen om een dag later thuis aan te komen.

Banner Stem & Win

Zelf een reisverslag schrijven

De honderden reisverslagen op deze site zijn allemaal geschreven door reizigers zoals jij en ik. Ook jouw verslagen zijn welkom: over nieuwe bestemmingen, maar ook over bestemmingen waarover al verslagen op de site staan. We mailen je graag onze uitgebreide tips en aanwijzingen voor het schrijven en aanleveren van een reisverslag.
Ik wil zelf schrijven!
Banner Stem & Win
Banner - Stem & Win