×
Welkom Reisverslagen Reizen Boeken Blog Anders Reizen Contact

Nationale Parken in Utah

Bryce Canyon, Zion en Capitol Reef

Reisverslag: Bert Giebels
Foto's: Bert Giebels

In Utah liggen imposante nationale parken: Zion, waar Virgin River zich een weg baant tussen hoge rotswanden, Bryce Canyon, waar de grijswitte, roze en rode rotsformaties afhankelijk van het licht anders kleuren en Capitol Reef, vanuit de lucht gezien een lange vouw in de aardkorst.

Vlak voor de landing in Salt Lake City zijn we nieuwsgierig wat de cirkels die we op de grond zien veroorzaakt. Later komen we erachter dat die cirkels ontstaan door de irrigatie van de landbouwvelden: de sproei-apparaten zijn lange pijpen met sproeigaten, waaraan wielen zitten. Deze draaien in cirkels over het land.

Meteen na aankomst in Salt Lake City, de hoofdplaats van de staat Utah, begeven we ons naar het hotel. Door het tijdsverschil liggen we al om 17:00 uur plaatselijke tijd in bed, met als gevolg dat we de volgende dag al om 4:00 uur wakker zijn.

Zonder ontbijt duiken we in onze auto, zodat we lekker vroeg op weg zijn naar zuidelijk Utah. We rijden over de ’15’; een snelweg waar voor Amerikaanse begrippen vrij hard mag worden gereden (70 miles/hour, circa 120 km/u).

We hoopten onderweg de nodige reusachtige 24-uur-per-dag-open Amerikaanse supermarkten tegen te komen om proviand in te slaan maar dat valt tegen. Na een tijd zoeken vinden we in Cedar City – op 450 km van Salt Lake City – eindelijk een supermarkt waar we inkopen kunnen doen.

De snelweg loopt langs een bosrijk gebied, waar veel coniferen groeiden. Oorspronkelijk komen onze ‘tuinconiferen’ hier als soort vandaan. Dat in Utah coniferen groeien is niet zo verwonderlijk, want deze staat is erg droog.

Rond 15:00 uur arriveren we in Zion National Park. Op de snelweg is ook een ingang van Zion National Park, maar via die ingang kom je slechts in een klein gedeelte van het park terecht. De hoofdingang is in de buurt van Springdale.

Zion National Park

Virgin River baant zich een weg tussen hoge rotswanden

Zion is een mooi park met grote, ruwe rotsformaties van rood gesteente, afgewisseld met wit kalkzandsteen. Er zijn hier erg veel wandelroutes (‘Hiking trails’) die variĆ«ren van erg eenvoudig (100 meter een heuveltje op) tot erg moeilijk. Het pad naar ‘Angels Landing’ bijvoorbeeld is erg steil en wordt afgeraden voor mensen die last hebben van hoogtevrees.

Door het park loopt een lange weg waaraan veel bezienswaardigheden liggen: rare rotsformaties, een rivier en het visitor center. Ook voor mensen die slecht ter been zijn is het park dus erg geschikt.

De visitor centers in de National Parks zijn altijd erg educatief, je wordt er altijd goed voorgelicht over het betreffende gebied.

De eerste dag rijden we met de auto door het park en maken we wat kleine wandelingetjes. Wat ons opvalt is het ruwe rode gesteente, waarvan hele plakken zijn afgevallen. In deze contreien kom je dan ook bergbeklimmers tegen die de steile wanden die zo zijn ontstaan proberen te bedwingen.

In het gesteente zie je soms een horizontale laag van poreus kalkzandsteen waar langzaam water doorheen sijpelt. Dat vocht maakt dit een goede omgeving voor planten, waardoor je er hangplanten kunt bewonderen die tegen de rotsen aangroeien.

Zo’n poreuze laag kalkzandsteen kan er tevens voor zorgen dat er een stuk rots uitvalt, waardoor bogen (arches) ontstaan. In het noorden van Utah ligt het Arches National Park waar dit proces nog verder is gegaan, waardoor er natuurlijke bruggen werden gevormd.

We hebben dit keer helaas geen tijd om Arches te bezoeken maar dit park staat zeker op ons verlanglijstje voor toekomstige reizen.’s Avonds maken we een kampvuur bij de tent en door de jetlag liggen we weer vroeg in bed.

Kamperen in de National Parks is mijn favoriete vorm van kamperen. Aan de ene kant is het redelijk primitief; de wasgelegenheid is vaak klein en zonder douches, het toilet heeft niet altijd stromend water (daarentegen zijn de droge toiletten wel luxe uitgevoerd).

Aan de andere kant is er rust; geen zwembaden, disco, campingwinkel of receptie. Ook is de kampeerplek ruim, staat er een bankje en is er een kampvuurplaatsje bij de tent. En je staat natuurlijk in een unieke omgeving.

Kamperen in de nationale parken is ook redelijk goedkoop: in de populaire parken meestal tien dollar, in andere parken enkele dollars. Je betaalt door het bedrag in een envelop te doen, de nodige gegevens in te vullen, de flap af te scheuren en de envelop in een bus te doen. De flap klem je op een klembord bij de kampeerplaats. ‘s Avonds komt een ranger de flap controleren en kan zo zien of je betaald hebt.

De volgende dag lopen we langs (lees: door) de Virgin River stroomopwaarts. De Virgin River is een ondiepe rivier die zich een weg baant door een canyon. De verschillend gekleurde, hoge rotswanden maken een enorme indruk, ze staan zo dicht op elkaar staan dat de rivier in de kloof slechts enkele meters breed is.

Het weer speelt bij zo’n tocht een belangrijke rol, want bij regen of – nog erger – een onweersbui, kan de vreedzame, ondiepe Virgin River plotseling veranderen in een kolkende diepe stroom, die alles op zijn weg meeneemt.

Hoewel de rivier wat diepere stukken kent, komt het water nooit hoger dan onze knie. Door het bijna continue oversteken van en waden door de rivier krijgen we op een gegeven moment wel koude voeten, want het water is niet erg warm. Voordeel is wel dat slechts weinigen de moeite nemen om deze tocht te maken, zodat het erg rustig is en we niet veel mensen tegenkomen.

Bryce Canyon

Afhankelijk van het licht kleuren de rotsformaties anders

We rijden naar Bryce Canyon, ook weer een National Park. Onderweg komen we veel interessante rotsformaties tegen. Hemelsbreed ligt Bryce niet zo ver van Zion maar toch ben je met de rit wel een aantal uurtjes zoet.

In het visitor center van Zion staat een bord met de top tien van de meest gestelde vragen. Op nummer 1 staat: hoeveel uur is het rijden naar Bryce? Antwoord: 6 uur. Op nummer 2 staat de vraag: is dat echt waar?

Bij Bryce komen we aan in een bos, waar een drietal kampeerplaatsen is. De bosrand is door erosie afgekalfd, waardoor een soort amfitheater is ontstaan met een enorme hoeveelheid reusachtige rotspunten van zacht gesteente. De kleuren van het steen variƫren van grijswit tot roze en rood. Omdat de lichtomstandigheden gedurende de dag veranderen, zien de rotsformaties er steeds anders uit.

Tussen de rotsformaties zijn wandeltochten uitgestippeld die niet moeilijk zijn, maar vaak wel lang. Paardrijtochten door het gebied zijn ook mogelijk, evenals helikoptervluchten. Wij zijn blij dat onze beweeglijke zoon van 2 jaar niet mee is, want er zijn soms enge afgronden.

Een van de wandeltochten leidt ons door ‘Wall Street’; twee hoge rotsen waar je tussendoor kan lopen. In het midden staat een knots van een boom die het gevecht om het licht heeft overleefd.

Op de rand tussen bos en rotsformaties ligt een geasfalteerde weg langs de ‘Rim’, de rand van de afgrond. Terwijl je de weg afrijdt klim je zonder het te beseffen – op een lichte hoofdpijn van de ijle lucht na – naar 3000 meter hoogte. Deze route is zeer geschikt voor mensen die slecht ter been of zelfs invalide zijn.

Langs deze weg kan je een aantal uitzichtspunten bezoeken met toepasselijke namen als Sunset Point en Sunrise Point. De uitzichtspunten zijn verzorgd en er staat meestal een informatiebord met uitleg over wat er te zien is.

Die uitzichtspunten zijn toeristische trekpleisters en voordat je het weet sta je in de koude ochtend bij Sunrise Point tussen een aantal malloten met camera’s te fotograferen (later realiseer ik me dat ik ook zo’n malloot ben).

De een zijn motordrive blijft hangen, waardoor het filmpje razendsnel met 36 identieke opnames wordt gevuld (aan het gevloek is af te leiden waarom ‘hem dat juist nu moet overkomen’). Bij een ander ontlaadt de spanning zich in een diepe zucht omdat hij zojuist de foto van zijn leven heeft gemaakt. Hij opent echter de achterwand van zijn camera voordat hij zijn rolletje terug heeft gespoeld. Het blijkt zijn laatste rolletje te zijn…

In Bryce komt een boomsoort voor die gerekend wordt tot langstlevende organismen ter wereld. Er zijn exemplaren bekend van 4000 jaar oud. Deze Bristlecone Pine heet in het Latijn niet voor niets Pinus Longaeva, langlevende den.

Ook grappig om te zien is dat veel struiken en bomen met de wortels bloot liggen. De grond is vanaf de grens tussen wortel en stengel door erosie weggesleten. Door de afstand van die grens tot de grond te meten is – in combinatie met de leeftijd van de boom – te berekenen hoeveel centimeter grond per jaar erodeert in Bryce.

Na twee dagen houden we Bryce voor gezien. Ondanks het wonderlijke landschap zijn we een beetje toe aan wat meer variatie. We besluiten naar een wat minder bekend National Park te gaan: Capitol Reef.

Capitol Reef

Vanuit de lucht gezien een lange vouw in de aardkorst

De route naar Capitol Reef leidt ons door Escalante, een gebied met veel grillige rotsformaties. Verder rijden we langs typisch Amerikaanse bossen, gekenmerkt door dennen en espen. Je komt er bij wijze van spreken de neefjes Kwik, Kwek en Kwak tegen die op padvinderskamp zijn. De espen steken met hun witte bast af tegen het landschap. Bij Torrey, de plaats vlak bij Capitol Reef, blijkt het hoogseizoen voorbij. Met pijn en moeite kunnen we bij een kruideniertje wat drinken en crackers bemachtigen. Gelukkig kunnen we bij een benzinestation een lekkere salade en luxe broodjes kopen.

Op de camping in Capitol Reef aangekomen merk ik dat ik alleen de salade heb meegenomen. Na enig gezeur van mijn kant weet ik mijn vrouw te motiveren om de in de zaak achtergebleven broodjes ‘eventjes’ te gaan halen. Als ze terugkomt blijkt ze 25 mijl te hebben gereden! In Nederland ondenkbaar dat je 40 kilometer gaat rijden om twee broodjes op te halen maar door het weidse landschap, de rust en de ruimte vermindert je gevoel van afstanden.

Op de weg naar het park vielen ons de verschillend gekleurde lagen van het gesteente op: roestbruin, roze, geel, grijs en groen. De gele laag bevat radio-actief uraniumerts. Het erts werd vroeger tot poeder vermalen, in een doek gewikkeld en om gewrichten gehangen. Het hielp tegen reuma, maar de bijwerkingen laten zich raden.

Capitol Reef is vanuit de lucht gezien een lange vouw in de aardkorst. Het is minder toeristisch dan Bryce; er is bijvoorbeeld veel minder asfaltweg met uitzichtspunten. Bepaalde stukken van het park zijn zelfs alleen bereikbaar met een auto met vierwiel-aandrijving.

Ook in dit grote en gevarieerde gebied is weer een aantal wandelroutes uitgestippeld, van licht tot zeer zwaar. We lopen er maar een dag rond en er blijft nog veel te ontdekken over. Vlak bij het visitor center hebben mormoonse kolonisten vroeger een nederzetting gesticht met een school, een kerk, etc. Er is eveneens grote hoeveelheid fruitbomen aangeplant. De nederzetting draagt dan ook de toepasselijke naam Fruita. De bomen met herfsttinten passen prima in het gekleurde landschap.

Hier en daar zijn rotstekeningen te vinden van Fremont-indianen die vroeger (tot 1200 na Chr) in dit gebied hebben gewoond. Er loopt een huifkarroute waar vanaf je graffiti van destijds op de rotswanden kunt zien. Het is niet moeilijk je voor te stellen hoe het er aan toe ging in die tijd; de indianen zie je met een beetje verbeelding bovenaan de kloof staan.

Het is niet verwonderlijk dat Butch Cassidy – een boef uit het wilde westen – zich hier een tijd verscholen heeft gehouden voor de sheriff. Het gebied is rijk aan kuilen in de rotswanden en in zo’n kuil heeft Butch zich destijds verschanst. Sommige kuilen lopen vol met regenwater, waardoor je waterreservoirs krijgt. Tijdens onze wandeltochten komen we verder rare rotsblokken tegen op een vlak plateau, nauwe rotsspleten en steile klimmetjes.

De volgende ochtend maken we nog een wandeltocht en dan is het tijd om de tent op te ruimen en koffers in te pakken. We gaan op weg terug naar een hotel in Salt Lake City, waar we eindelijk weer eens van een douche kunnen genieten. Morgen moeten we de auto inleveren en terugvliegen naar Amsterdam.

We hebben in korte tijd drie mooie parken bezocht, waarvan ik Zion en Capitol Reef graag nog eens zou willen bezoeken omdat er nog een aantal mooie wandeltochten is die we nog niet hebben gedaan. Toch hebben we in slechts een week een redelijk beeld gekregen van de staat Utah met het karakteristiek rode gesteente.

Zelf een reisverslag schrijven

De honderden reisverslagen op deze site zijn allemaal geschreven door reizigers zoals jij en ik. Ook jouw verslagen zijn welkom: over nieuwe bestemmingen, maar ook over bestemmingen waarover al verslagen op de site staan. We mailen je graag onze uitgebreide tips en aanwijzingen voor het schrijven en aanleveren van een reisverslag.
Ik wil zelf schrijven!
Banner - Stem & Win