×
Welkom Reisverslagen Reizen Boeken Blog Anders Reizen Contact

Nieuw-Zeeland actief

Bungeejumpen, skydiven, bergen beklimmen

Reisverslag: Leon Punt
Foto's: Leon Punt

Nieuw-Zeeland heeft niet alleen een gevarieerde natuur, deze schitterende omgeving leent zich bovendien prima voor een actieve vakantie. Skydiven, bungeejumpen, bergen en gletsjers beklimmen en tussen dolfijnen zwemmen, zijn slechts enkele van de talloze mogelijkheden.

Na een in totaal ongeveer 44 uur durende reis van Amsterdam via Frankfurt, Los Angeles, Fiji en Auckland naar Christchurch, zijn we om 8.30 uur ‘s avonds ingestort. ‘s Ochtends om 8 uur uit de veren en de vakantie kan beginnen. Na even op de lijst te hebben gekeken wat er hier te doen valt, besluiten we om naar het Antarctica Centre te gaan.

Het Antarctica Centre is de uitvalsbasis van de vliegtuigen naar de bases die de VS, Italië en nog een paar landen op Antarctica hebben. In het Centre wordt een goed beeld gegeven van Antarctica en het leven daar. We kunnen hier ook nog even in de sneeuw spelen.

Op weg naar Twizel, een dorpje in de bergen ten zuidwesten van Christchurch, brengen we ook nog even een bezoek aan Air Force World, een heel mooi militair luchtvaartmuseum. De gidsen zijn een stel gepensioneerde luchtmachters die hele mooie verhalen kunnen vertellen over hun verleden bij de luchtmacht.

Naarmate we verder het binnenland inrijden wordt het uitzicht steeds mooier en adembenemender. Op de bestemming aangekomen is Twizel een grote verrassing voor ons, aangezien het een wel heel klein dorp is. Een beetje saai, maar een perfecte uitvalsbasis om naar Mount Cook te gaan.

Mount Cook (of Aoraki) is met 3754 meter de hoogste berg van Nieuw-Zeeland en als Nederlander ben je daarvan natuurlijk altijd onder de indruk. Via een wandelpad lopen we naar de voet van de berg. Tijdens de wandeling moeten we constateren dat de UV-straling in Nieuw-Zeeland inderdaad sterk is, want binnen het uur zijn we verbrand.

Queenstown

Party City en het stadje van de kicks

Op weg naar Queenstown, alweer een stuk zuidelijker op het Zuidereiland, nemen we een liftster mee die maar meteen besluit om in Queenstown een aantal dagen met ons op te trekken.

Queenstown staat bekend als ‘Party City of the South’ en hoewel de halve stad nog gesloten is vanwege de overstromingen die hier pas geleden waren, moet ik het beamen. Het is een stad om feest te vieren, met veel leuke kroegen en een paar discotheken. Er heerst een heerlijk ontspannen sfeer.

Queenstown is ook het stadje van de kicks. Eigenlijk draait het op adrenaline, zoals bij het raften en bungee-jumpen. Het raften is wel leuk, maar persoonlijk vinden we het niet zo spectaculair. Het bungee-jumpen is fantastisch: 102 meter naar beneden vallen met een elastiek aan je voeten. Na afloopt ben ik zo hyper dat de daarop volgende stapavond beslist nodig is om weer een beetje tot rust te komen.

Te Anau en Wanaka

Watervallen, dolfijnen en grotten met glimwormen

Na de paar gave dagen in Queenstown rijden we verder in zuidwestelijke richting naar Te Anau, nog steeds de zuidflanken van de Nieuw-Zeelandse Alpen volgend. Te Anau is een lief klein dorpje. ‘s Avonds gaan we naar grotten met gloeiwormen, dat is echt heel apart. Het lijkt net nep, je ziet in de grotten overal kleine lichtpuntjes. Naarmate de wormen meer honger hebben geven ze meer licht. Jammer genoeg mag er niet worden gefotografeerd.

Het is zaterdag, dus weer stappen. De Ranch is een restaurant annex bar (zoals we later zullen ontdekken is dat een standaard-combinatie in Nieuw-Zeeland). Het feesten op zaterdagavond is hier echt heel erg leuk, maar als we op zondag terugkomen is het gewoon saai.

Op zondag gaan we overdag naar Milford Sound, een heel mooi fjord aan de noordkant van de Nieuw-Zeelandse Alpen. Je hebt hier fantastische uitzichten en heel mooie watervallen. Het water heeft een sprookjesachtige kleur en we zien zowaar twee soorten dolfijnen. Maar een soort is op de foto vast te leggen, de andere soort is schuw en dus te snel.

Op weg naar Milford Sound reden we over de ‘road of the disappearing mountains’. Die kunnen ze beter de ‘road of the appearing mountains’ noemen, want na elke bocht verschijnt er weer een nieuwe berg.

We hebben een lus gemaakt en rijden inmiddels noordwaarts via Wanaka. Ook dit stadje is overstroomd geweest, veel zaken zijn nog gesloten. Er is een gezellig motel, waar echt heel uitbundige mensen werken. We worden nog net niet juichend binnen gehaald.

Wanaka is eigenlijk een wintersport-dorp. We beklimmen van hieruit de 776 meter hoge Rocky Mountain en bekijken Diamond Lake. Het is een hele klim, maar het uitzicht is de moeite waard.

Franz Josef

Natuurlijk gaan we de gletsjer beklimmen

Op weg naar Franz Josef maken we het toppunt van doelmatigheid mee. Twee keer rijden we over een brug die maar uit één rijbaan bestaat, waarover bovendien ook nog de trein moet rijden. Een erg leuk gezicht.

Franz Josef is een plaatsje dat geheel in het teken staat van de gletsjer Franz Josef Glacier. We zijn nu aan de noordzijde van Mount Cook, ofwel Aoraki. Er zijn hier veel backpackers en we gaan gezellig stappen met een drietal Engelsen.

De volgende dag gaan we natuurlijk de gletsjer beklimmen. Voordat we bij de gletsjer komen moeten we eerst een stuk door regenwoud lopen. In deze gebieden van Nieuw-Zeeland valt 10-12 meter regen per jaar. We hebben een gids die zijn eigen weg baant op de gletsjer. We lopen over hele smalle richeltjes, een erg leuke ervaring. De gletsjer heeft wit en blauw ijs, dat geeft heel mooie effecten.

Greymouth en Nelson

De eerste echte stad in anderhalve week

Greymouth is een leuk klein dorp aan de Tasmanzee, waar niet zo heel veel te beleven valt. Wel kan je hier leuk stappen in een backpackers-hostel. Hier geldt de aanbieding dat iemand die een barrekening heeft van 25 NZ$ een gratis slaapplaats krijgt. Dat is de juiste uitdaging voor ons. Twee dames uit Auckland die we hier ontmoeten, willen ons wel aanmoedigen bij het halen van een voldoende hoge barrekening. Uiteindelijk lukt het ook, nog wel zonder dronken te worden.

Op weg naar Nelson komen we langs de zogenaamde pannenkoek-rotsen, de pancake rocks. Dit zijn kalkstenen rotsen en het lijkt net of er allemaal plakjes op elkaar zijn gestapeld. De kustlijn langs de Tasmanzee is erg spectaculair, het lijkt een beetje op sommige delen van de Franse kust.

Nelson, aan de noordkust van Zuidereiland, is de eerste echte stad die we in anderhalve week zien. Het is een typische kustplaats, met veel restaurants en kroegen. Hier zien we eerste tekenen van criminaliteit, bij verschillende bars wordt te kennen gegeven dat bepaalde kledingcombinaties niet zijn toegestaan. Wij merken niets van enige agressiviteit. Het uitgaansleven is heel divers, met trendy bars en veel pubs. Het is niet zo heel druk.

In de omgeving van Nelson rijden we op ‘quads’, vierwiel-aangedreven motoren, over steile bergpaden. De verhuur wordt mede geleid door een Nederlander die hier al tien jaar woont, die vindt het wel leuk om weer eens even bij te kletsen met een stel Dutchies.

We krijgen uitleg over een soort boom die hier groeit. Die boom, die heel groot kan worden, slaat water op. Doordat er suiker bijkomt wordt er uiteindelijk alcohol gevormd, die gewoon uit de boom kan worden getapt. Een erg leuk idee natuurlijk, de Maori’s gebruikten dit om dronken te worden.

Wellington

Eindelijk eens in een fatsoenlijke stad op zaterdagavond

Met de ferry gaan we op weg naar Wellington, de Nieuw-Zeelandse hoofdstad op de zuidpunt van Noordereiland. De ferry over Straat Cook is redelijk luxueus, je kan lekker zitten en ook nog een biertje drinken. Dus de tocht is wel aangenaam.

We komen aan op een zaterdag, dus kunnen we eindelijk eens in een fatsoenlijke stad stappen op een zaterdagavond. En het moet gezegd, je kan leuk stappen in Wellington. Er is een grote straat waaraan alleen maar kroegen, restaurants en discotheken liggen. Het geheel komt een beetje laat op gang, maar als het op gang komt, komt het ook echt op gang.

De volgende dag gaan we eerst naar het Te Papa National Museum. Dit museum, dat pas sinds 1998 bestaat, geeft een goed beeld van de flora en fauna van Nieuw-Zeeland en van de geschiedenis van het land. Zeker een aanrader. Voordeel voor de echte Nederlanders onder ons… het is gratis.

Na het museumbezoek gaan we met de kabelbaan naar een observatorium. Van hieruit heb je een heel mooi uitzicht over de stad.

Rotorua

De omgeving is een groot vulkanisch gebied

We hebben ondertussen ontdekt dat het Noordereiland veel minder spectaculair is dan het Zuidereiland. Onderweg naar Rotorua kijken we even bij een elektriciteitscentrale waar elektriciteit wordt opwekt met behulp van warmte uit de grond.

De omgeving van Rotorua, aan de noordkant van Noordereiland, bestaat uit vulkanische gebieden. We nemen een kijkje in twee van die gebieden, wanagei en wai-o-topu. Dit levert erg indrukwekkende beelden op met veel verschillende kleurschakeringen. Een nadeel is wel dat alles naar zwavel ruikt. Er is ook een geiser die elke dag spuit. Dat is wel een mooi gezicht.

Het stadje Rotorua is wel leuk, maar niet indrukwekkend. Voor een avond stappen wijken we uit naar Taupo, ongeveer 60 kilometer zuidelijker. Daar ligt de Holy Cow, een leuke pub met een backpackers-publiek.

In Taupo maken we ook een Hangi mee; een Maori concert en maaltijd. Leuk om een keer mee te maken, maar het eten is niet indrukwekkend. Er kunnen wel leuke souvenirs worden gekocht tegen zeer betaalbare prijzen.

Tairua is een heel klein dorpje in dezelfde streek, waar eigenlijk niets te beleven valt. We beklimmen een bergje en genieten van het mooie weer, maar het stadje kan absoluut worden genegeerd.

Paihia

Onder etende dolfijnen kunnen haaien zwemmen...

The Bay of Islands ligt bij de noordpunt van Noordereiland aan Grote Oceaan. Het is het gebied waar de Nederlander zich waarschijnlijk het beste thuis zal voelen, met veel water en een heel relaxte sfeer. Het komt een beetje over als Zeeland met mooi weer. De grote attractie is de combinatie van het mooie weer en de stranden. Het is er heel erg gezellig, niet de drukte die je in Nederland gewend bent aan de kusten.

Voor de stappers is het ook een prima plek. Dit is de enige stad die we zijn tegengekomen waar het echt de hele week ‘s avonds gezellig is. De twee leukste plaatsen zijn de Pipi Lodge (een backpackers-hostel met een bar) en de Lighthouse.

Een andere grote attractie is het zwemmen met dolfijnen. Wij hebben de pech dat de dolfijnen die wij tegenkomen aan het eten zijn. Als dat het geval is bestaat het risico dat er haaien onder zwemmen… dan word je onderdeel van de voedselketen en daar zitten we natuurlijk niet op te wachten.

Auckland

Kerst in de zon is een onwerkelijke ervaring

De laatste paar dagen brengen we door in Auckland. Dit is een stad met 1,2 miljoen mensen, maar als je er doorheen loopt heb je het gevoel dat er misschien 200.000 wonen. Het komt niet massaal over. Je moet wel weer even wennen aan de relatieve drukte na de rust in de rest van het land.

Het centrale punt van Auckland is de Skytower, een toren van 328 meter hoog (hoger dan de Eiffeltoren). Het uitzicht van bovenaf is echt fenomenaal. Buiten de Skytower zijn er geen echt grote attracties, maar je kunt je hier zeer goed amuseren. Wij hebben het geluk dat er net een grote zeilwedstrijd bezig is (the America’s Cup), waardoor de gezelligheid wat meer geconcentreerd is. De boten in de haven zijn van het niveau Cote d’Azur, heel duur dus.

Natuurlijk zoek ik Roger en Ann op, die ik vorig jaar in Egypte heb ontmoet. Ze waren toen al 4,5 jaar aan het reizen. Na een dagje lijkt het net alsof we nooit uit elkaar zijn geweest. Zij zorgen er ook voor dat we een echte ‘Kiwi-experience’ hebben, want we brengen de avond en nacht door bij een bevriend koppel ergens in de binnenlanden.

Roger en Ann zorgen er bovendien voor dat onze laatste wens van deze vakantie wordt vervuld: we gaan samen skydiven, parachutespringen met 35 seconden vrije val. Dit is weer een heel andere ervaring dan bungee-jumpen. Niet met elkaar te vergelijken, maar wel alle twee erg gaaf.

De laatste dagen in Nieuw-Zeeland zijn tevens de laatste dagen voor kerst en dat is een beetje een onwerkelijke ervaring, kerst met mooi weer. Ik heb ook helemaal niet het gevoel dat het bijna kerst is. We zien wel een hele leuke kerstvrouw.

Al met al moet ik concluderen dat Nieuw-Zeeland vooral uniek is vanwege de combinatie van de vriendelijke mensen, de sportieve activiteiten die je er kunt ondernemen en de gevarieerdheid van de omgeving.

Zelf een reisverslag schrijven

De honderden reisverslagen op deze site zijn allemaal geschreven door reizigers zoals jij en ik. Ook jouw verslagen zijn welkom: over nieuwe bestemmingen, maar ook over bestemmingen waarover al verslagen op de site staan. We mailen je graag onze uitgebreide tips en aanwijzingen voor het schrijven en aanleveren van een reisverslag.
Ik wil zelf schrijven!
Banner - Stem & Win