×
Welkom Reisverslagen Reizen Boeken Blog Anders Reizen Contact

Stedentrip New York

Najaar in New York: veel mooie dagen en felle herfstkleuren

Reisverslag: Manja Ressler
Foto's: Manja Ressler

Lente en herfst zijn de mooiste seizoenen om New York te bezoeken: dan valt het meest op hoe groen grote delen van de stad zijn. Want New York is niet alleen een wereldstad met wolkenkrabbers, het is ook een stad waar ruimte is om te wandelen of te fietsen. Bijvoorbeeld door Riverside Park langs de Hudson, in Central Park en de Upper West Side in Manhattan en in een deel van Brooklyn. Ondertussen merk je hoe divers de bevolking is, al was het maar door het wisselende aanbod in de supermarkten.

Riverside Park

In het weekend fietsen New Yorkers hier langs de Hudson

Na al die jaren is het fietspad, dat uiteindelijk rond het hele eiland Manhattan moet lopen, bijna klaar aan de westkant, de kant van de Hudson. We wandelen noordwaarts vanaf Midtown.

Hier heb je uitzicht op de stad vanaf de rand; als je naar het oosten kijkt, zie je het Empire State Building, dat na de val van de Twin Towers weer het hoogste gebouw in de stad is. Aan de andere kant zie je New Jersey en de wonderschone George Washington Bridge in het noorden.

Net als je besloten hebt dat New Jersey echt te lelijk voor woorden is, ben je noordelijk genoeg om die mening te veranderen: op een gegeven moment houdt de bebouwing op en heb je uitzicht op de Palissades, een park op hoge klippen boven de rivier.

Maar eerst wordt je aandacht volledig in beslag genomen door het deel van het park rond 60ste Straat dat net af is: het is een voormalige treinremise waar vroeger ook goederen van de trein op de boot en omgekeerd werden overgeladen.

Aan de kant van de stad is de afgelopen jaren een hele reeks lelijke en dure flatgebouwen neergezet door Donald Trump (wie anders?). Maar om dit te mogen doen, moest hij betalen voor een park, dat overigens ontworpen is door de Nederlandse landschapsarchitect Piet Oudolf, die eerder al Battery Park ontwierp en ook betrokken is bij de inrichting van een nieuw park op de voormalige elevated railway tussen 12e en 34ste Straat, de High Line.

Terug naar Riverside Park: het deel waar we nu zijn, is tegelijkertijd een industrieel monument dat op verbazingwekkend inventieve manier verweven is met het park. Om te beginnen de planten: voornamelijk siergrassen, die goed passen bij het spoordijk-karakter van het park.

In het water staan roestende torens en staketsels; de contouren van een voormalige, afgebroken pier worden aangegeven door metalen looppaden (in dit deel van het park mag je niet fietsen), gecombineerd met wat overblijfselen van de oorspronkelijke pier, waardoor het er uitziet als een archeologische opgraving.

Verder naar het noorden zijn er twee mogelijkheden: direct langs de Hudson blijven lopen of  iets omhoog, door een al wat ouder en prachtig beplant park met op dit moment ongelooflijk mooi gekleurde boomblaadjes.

Met mooi weer, een dag als vandaag, is het heerlijk om langs de rivier te lopen. New York ligt veel zuidelijker dan Nederland, ongeveer op de hoogte van Rome. Het is hier in oktober en november dan ook zeker vijf en soms wel tien graden warmer en bovendien ook veel zonniger.

Vooral in het weekend maken veel New Yorkers gebruik van het pad om te fietsen. Fietsen is hier meer een vrijetijdsbesteding dan een vorm van vervoer en dat merk je. New Yorkse fietsers hebben in het algemeen geen benul van verkeersregels en zijn vaak te onhandig om snel uit te wijken. Toch is het een leuk gezicht, al die mensen die fietsen, joggen en skaten in de weinige vrije tijd die zij hebben.

Wat verder naar het noorden, boven 100ste Straat, wordt het wat rustiger. Ter hoogte van 129ste Straat is Fairway, een gigantische supermarkt onder een verhoogde weg en de beste plek voor verse groente en fruit: andere supermarkten hebben vaak uitgedroogde rommel en zijn nog duur ook.

Toch is het een goed idee om eens een supermarkt binnen te lopen en te zien wat men zoal eet. Zo krijg je ook een indruk van de buurt waar je op dat moment bent: in de armere wijken hebben supermarkten vrijwel geen groente of fruit, in welvarende buurten als de Upper West Side (waar ik logeer) puilen de delicatessen uit de schappen.

Ter hoogte van Fairway wacht ons een prettige verrassing: het laatste ontbrekende stukje fiets/wandelpad is geopend. En er is meteen een mooi parkje gemaakt waar de parkeerplaats was van Fairway, dus je kunt daar nu lekker in de zon zitten met je boodschappen.

Verder naar het noorden ligt de wijk Washington Heights, een immigrantenwijk met voornamelijk Midden- en Zuid-Amerikaanse bewoners. Op de sportvelden hier wordt gevoetbald, in tegenstelling tot die in het zuidelijker gedeelte, waar wordt gehonkbald en getennist.

Zo zijn overal subtiele (en soms minder subtiele) verwijzingen naar de cultuur van de omgeving te vinden. In dit gedeelte van het park wordt ook veel gebarbecued, met lekkere Zuid-Amerikaanse muziek erbij.

En dan zijn we bij de George Washington Bridge, het noordelijkste punt van deze wandeling. Als het je al niet eerder was opgevallen zie je hier de enorme afmetingen van alles: de Hudson zelf is al breder dan de Rijn en dan die brug!

De George Washington Bridge is een ijzeren boogbrug die Manhattan met New Jersey verbindt. Het is een van de drukste bruggen ter wereld, wat niet verbazingwekkend is als je bedenkt dat het aan deze kant van de stad de enige is. Er zijn ook twee tunnels naar New Jersey, maar die zijn een stuk zuidelijker.

Op de terugweg lopen we een deel over Broadway, drie blokken van de rivier verwijderd op deze hoogte. Broadway loopt over de gehele lengte van Manhattan, ruim 20 kilometer en de huisnummers lopen dan ook tot in de duizenden. Het is een drukke straat wat betreft verkeer, in beide richtingen drie stroken met in het midden een groenstrook.

Maar Broadway is ook een afwisselende straat met winkels in alle soorten en maten, Columbia University, één van de bekendste universiteiten van Amerika, stalletjes met tweedehands boeken, sieraden en kleding.

Verder zijn er – zoals overal in New York – daklozen die je vriendelijk om wat geld vragen. Hoewel het onmogelijk is om altijd op zo’n verzoek in te gaan, is het goed om te bedenken dat deze mensen vaak een paar maanden geleden nog een baan hadden.

De sociale voorzieningen in dit land zijn beneden alle peil: baan kwijt betekent meestal dat je binnen twee maanden ook je huis kwijt bent omdat je de huur niet meer kunt betalen. Verder wordt er veel gebedeld door Vietnamveteranen, voor wie ook niet echt goed wordt gezorgd.

Central Park

Midden in deze krankzinnige stad voel je je buiten

Het is weer een mooie dag en ik moet ergens op de Upper East Side zijn; een prima aanleiding voor een wandeling door Central Park. Dit in de negentiende eeuw aangelegde landschapspark ligt tussen 60e en 110e straat, precies in het midden van het eiland, als een barrière tussen de oost- en de westkant.

De Upper East Side is traditioneel het territorium van de WASPs, de White Anglo-Saxon Protestants, een elite die op ‘oud geld’ kan bogen. En inderdaad, de sfeer is wat bekakt aan die kant; daar staat weer tegenover dat er prachtige townhouses te bewonderen vallen en dat het er wat rustiger is dan aan de westkant, als je de dure winkelstraat Madison Avenue en Fifth Avenue, waar veel van de belangrijke musea zijn, niet meerekent.

Central Park is een wonder: midden in deze krankzinnige stad voel je je echt buiten, al zie je vrijwel overal de skyline op de achtergrond. Er zijn grote grasvelden waarop bij mooi weer mensen liggen te lezen, zonnen of naar muziek te luisteren.

In het weekend is het grootste deel van Central Park voor verkeer afgesloten en dan worden de asfaltwegen overgenomen door fietsers en skaters. Verder zijn er tientallen sportvelden waar voornamelijk honkbal wordt gespeeld.

Veel mensen beseffen niet dat Manhattan een heel heuvelachtig eiland is. Gedeeltelijk zijn de heuvels geëgaliseerd voor bebouwing en straten. Maar in Central Park zijn de heuvels gelukkig behouden, waardoor het ook groter lijkt dan het is.

The Ramble is een prachtig stukje bos in het park, met steile heuvels, beekjes en zelfs stroomversnellingen. Daarnaast is het ook een ontmoetingsplek voor heren die casual sex zoeken met andere heren. Dat gebeurt kennelijk heel discreet, want in al die jaren dat ik in New York kom, heb ik hier niets spannends gezien.

Maar het belangrijkste op dit moment, in oktober, zijn de prachtige herfstkleuren, die veel feller zijn dan in Nederland. New Yorkers denken dat je gek bent, maar ik kan het niet helpen: ik ben nog steeds zo blij als een kind dat er zo veel eekhoorns in dit park rondlopen.

Ze zijn groot en grijs, met een enorme zilverkleurige pluimstaart. Echt schuw zijn ze niet, maar het zijn ook geen tamme dieren.

Upper West Side

Dankzij de projects blijven rijk en arm door elkaar wonen

Terug op de West Side, ter hoogte van 97ste Straat (dat is zo handig, die nummers, je weet altijd precies in welk deel van de stad een adres is), zwerf ik nog wat over Columbus en Amsterdam Avenue, waar je het typisch Amerikaanse verschijnsel ziet dat arm en rijk vaak heel dicht bij elkaar in de buurt wonen, maar dat de armen toch min of meer onzichtbaar blijven.

Delen van beide avenues zijn bebouwd met zogenaamde projects. Wij zouden het sociale woningbouw noemen, maar dat geeft een verkeerd beeld: hier zijn dit soort huisvestings­projecten, die er in het algemeen ook nog eens vreselijk eenvormig en somber uitzien.

De projects zijn bestemd voor mensen die echt geen cent te makken hebben. De mensen die in fastfood-restaurants werken of achter de kassa bij de supermarkt.

Veel New Yorkers (en Amerikanen in het algemeen) zijn bang voor arme mensen en mijden de projects. Ik heb me daar nooit iets van aangetrokken en heb daardoor heel leuke buurten in de stad van binnenuit leren kennen: Washington Heights, een arme immigrantenwijk waar voornamelijk Latino’s wonen, en het zwarte deel van Harlem. In beide buurten heb ik gewoond en heb daar uitsluitend goede herinneringen aan.

Ga in elk geval een keer winkelen en rondkijken op 125ste Straat, de centrale winkelstraat van Harlem, waar ook het beroemde Apollo Theater staat, waar in het verleden alle belangrijke jazz- en soulmuzikanten hebben opgetreden. Helemaal in het westen, bijna bij de rivier, is nog de Cotton Club, een wereldberoemde jazzclub.

Op de avond van de historische presidentsverkiezingen in 2008, toen Amerika zijn eerste zwarte president koos, ontstond hier spontaan een volksfeest zoals ik nog nooit had meegemaakt. De menigte was enorm, jong, multicultureel en multi-etnisch en dolgelukkig. Een groepje witte studenten had een levensgrote kartonnen Obama pop meegenomen en mensen verdrongen zich om samen met ‘Obama’ op de foto te komen. Nog nooit heb ik zo veel zo gelukkige mensen bij elkaar gezien.

Terug naar Columbus en Amsterdam: hoe verder naar het zuiden je loopt, hoe meer restaurants en leuke winkels je ziet. Het is een proces dat hier gentrification wordt genoemd: eerst trekken studenten en kunstenaars, jonge mensen met een opleiding maar weinig geld, naar armere buurten.

Ze worden ouder, krijgen een goede baan en op den duur een gezin; dat verandert het karakter van de buurt, er komen betere en duurdere winkels, restaurants, sportscholen en alles wat de verwende New Yorker maar wil. Dat drijft de prijzen van de huizen, en dus ook de huren, omhoog en zo worden de armere mensen uit de buurt verdreven. Behalve zij die in projects wonen.

Het is de moeite waard om via Amsterdam Avenue naar het noorden te lopen, tot aan 110de Straat, waar de nooit voltooide Cathedral of St. John the Divine staat, een prachtig neogotisch bouwwerk. Helaas werd het een aantal jaren geleden door brand getroffen, maar na de herinwijding eind 2008 zijn de gerestaureerde tapijten weer te zien, evenals het enorme roosvenster.

In de tuin ten zuiden van de kathedraal staat een ingewikkeld bronzen beeld, de zogenaamde Peace Fountain. Er omheen vind je tientallen kleine bronzen beeldjes die zijn gemaakt door leerlingen van lagere scholen en die vaak veel mooier en interessanter zijn.

Tegenover de kathedraal is The Hungarian Pastry Shop, een uiterst genoeglijke plek om even te gaan zitten en koffie met een croissant te bestellen. Of taart, die schijnt uitstekend te zijn, maar niet voor mij.

Wandel via 110de Straat naar Broadway en je bent weer in de wereld van de luxe. Op de noord- en de zuidhoek van het kruispunt met Broadway staan twee superdure, sjieke supermarkten elkaar te beconcurreren. Toch is dit deel van Broadway nog niet helemaal versjiekt. Tussen de restaurants en luxe winkels vind je nog steeds kleine bedrijfjes die zich hier al die tijd hebben weten te handhaven.

Je kunt op de hoek van 110de Straat en Broadway de metro nemen: de nummer 1, die Manhattan doorkruist van het uiterste zuidelijke puntje tot het hoogste noorden en zelfs verder, tot in de Bronx, een van de vijf stadsdelen van New York City.

Brooklyn

Een verzameling dorpen die samen een echte stad vormen

Alweer een verwijzing naar de periode dat New York Nederlands was en nog Nieuw Amsterdam heette: Brooklyn is afgeleid van Breukelen. In dit enorme stadsdeel ten oosten van Manhattan vind je zeer veel Nederlandse namen van straten en buurten. Maar ook in Queens, het stadsdeel dat naast Brooklyn ligt, geldt dat: daar is een buurt die Flushing heet, afgeleid van Vlissingen.

Brooklyn is sociaal en cultureel een verzameling dorpen die samen een echte stad vormen. De bebouwing is over het algemeen veel lager dan in Manhattan; de meeste huizen hebben twee verdiepingen en een hoge stenen trap naar de ingang. Vaak hebben ze voortuintjes en redelijk grote tuinen achter.

Ik bezoek een vriendin die in Crown Heights woont, op de grens met Bedford-Stuyvesant. Crown Heights heeft een nare geschiedenis wat betreft relaties tussen verschillende groepen.

Er wonen een grote chassidische gemeenschap (een streng-orthodoxe joodse sekte) en een grote zwarte gemeenschap. Toen in de jaren negentig van de vorige eeuw een chassidische jood per ongeluk een zwart jongetje doodreed, braken er rellen uit die dagen duurden en waarin een jonge joodse Jesjiva (Talmoedhogeschool)-student werd doodgestoken.

Mijn vriendin Amy woont in een straat waar voornamelijk Caribische immigranten wonen, velen uit Jamaica en Barbados. Het is een arme, maar gezellige buurt. ‘s Zomers zit iedereen buiten op z’n hoge stoep en mensen maken een praatje met elkaar. Amy vertelt dat zij elke vrijdag een schaal met heerlijk eten krijgt van een buurman die uit Barbados komt.

In Bedford-Stuyvesant is Fulton Street een bezoek waard; geen mooie straat, maar wel een met interessante winkels van over de hele wereld. Vanuit Manhattan kom je hier met de A- of de C-lijn van de metro.

Je vindt in Fulton Street onder andere een slager uit Bangladesh, kledingzaken die zich specialiseren in black urban mode (broeken met het kruis tussen de knieën, tien maten te grote T-shirts, bling), veel Jamaicaanse restaurants, 99 cents stores (winkels die echt van alles en nog wat verkopen voor bijna geen geld) en veel kerken in alle smaken.

Ten noorden van Fulton Street, wandelend in oostelijke richting, kom je in een prachtige woonbuurt met veel goed bewaarde of gerestaureerde brownstones in bomenrijke straten. Het is groen en rustig hier en je komt verrassend leuke plekken tegen voor koffie of lunch en als het meezit, vind je Van Buren Street (spreek uit: Ven Bjoeren).

The Village

Ook het publiek is fraai uitgedost tijdens de Halloween Parade

Stap op de terugweg (met de A of de C) eens uit op 8th Avenue en 14de Straat; dan ben je in The Village, waar elk jaar op 31 oktober een Halloween Parade plaatsvindt. Die moet je gezien hebben, al is het maar eens. Neem de gigantische massa toeschouwers en de zenuwachtig snauwende politie maar voor lief.

In het voorste deel van de stoet lopen en dansen dit jaar steltlopers en mensen met meer dan mansgrote marionetten (zo’n vier meter hoog) die met een stok op hun rug zijn vastgemaakt en die verder elk zeker vier stokken hebben om de marionet mee te laten bewegen. Dit keer zijn het een soort spoken: enorme witte lappen met een lampje in hun hoofd waarop foto’s van gezichten zijn gekopieerd. Daarachter loopt een gemaskerd orkest dat opzwepende dansmuziek speelt.

De volgende groep heeft iets Mexicaans: zij dragen een soort wajangpoppen die skeletten voorstellen en soms felgekleurde kledingstukken dragen. Het is vlak voor de verkiezingen en in het publiek lopen een John McCain en Sarah Palin, beiden met een toneelzwaard dwars door hun lichaam.

Er zijn veel toeschouwers die ook hun best hebben gedaan er zo griezelig mogelijk uit te zien: realistisch uitziende nepwonden, duivels en heksen, maar de hoofdprijs gaat wat mij betreft naar een stel dat het monster van Frankenstein en zijn bruid voorstelt; zij moeten uren hebben besteed aan hun make up en kleding.

En natuurlijk zijn er travestieten, al zijn het er veel minder dan ik had verwacht. Dit is uiteindelijk The Village, sinds decennia de homo- en lesbohoofdstad van de Amerikaanse oostkust. Al schijnt het dat de scene zich heeft verplaatst naar Chelsea, de buurt ten noorden van de Village. Ook mooi, maar iets gezetener.

Zelf een reisverslag schrijven

De honderden reisverslagen op deze site zijn allemaal geschreven door reizigers zoals jij en ik. Ook jouw verslagen zijn welkom: over nieuwe bestemmingen, maar ook over bestemmingen waarover al verslagen op de site staan. We mailen je graag onze uitgebreide tips en aanwijzingen voor het schrijven en aanleveren van een reisverslag.
Ik wil zelf schrijven!
Banner - Stem & Win